09

Nederland wil een aantal verdachten van de genocide in Rwanda (1994) uitleveren. Opvallend genoeg stuit dit voornemen op weerstand bij vredesorganisatie PAX die zich hierbij lijkt te baseren op gekleurde informatie.

     door Jos van Oijen

In december publiceerde de NRC een open brief aan staatssecretaris Teeven van vredesorganisatie PAX met de titel: ‘Teeven stuurt Rwandezen naar oneerlijke processen.’ Daarin betogen de ondertekenaars dat zij ervan overtuigd zijn dat er politieke motieven schuilgaan achter de voorgenomen uitlevering van een groep genocideverdachten door Nederland aan Rwanda en dat de bewijslast tegen de verdachten niet deugt.

Hun stellingname is naar eigen zeggen gebaseerd op informatie van mensenrechtenorganisaties, een Brandpuntreportage en een krantenartikel. Zowel de reportage als het artikel zijn het werk van journalist Anneke Verbraeken – zelf één van de ondertekenaars van de open brief – en leunen zwaar op informatie van advocaat Jan Hofdijk. Samen zijn zij verantwoordelijk voor een groot aantal artikelen over dit onderwerp.

Is de door hen vergaarde informatie wel onafhankelijk, correct en compleet? Verbraeken kent de Rwandese oppositieleidster Victoire Ingabire persoonlijk en werd jaren geleden al in een krantenartikel voorgesteld als ‘haar Nederlandse vriendin’. Jan Hofdijk is advocaat van Ingabire en verschillende van de genocideverdachten en als zodanig ook niet onpartijdig.

Tendentieus

De Rwandese genocide vond plaats in 1994. Hierbij werden naar schatting 500.000 tot 1 miljoen Tutsi’s en gematigde Hutu’s vermoord. In de berichtgeving over de Nederlandse genocideverdachten wordt veel ruimte gegund aan de verdachten zelf, hun advocaten, vrienden en familieleden, om het verhaal van hun onschuld te doen. Wederhoor of verificatie in brondocumenten blijft meestal achterwege.

Daarnaast is de wijze van berichtgeving tendentieus. Verdachten worden afgebeeld met een baby op de arm, of traantjes wegpinkend bij een familiefoto. Hun zaken worden in verband gebracht met andere, niet gerelateerde zaken waarin verdachten zijn vrijgesproken. Getuigen die belastende verklaringen hebben afgelegd worden in diskrediet gebracht. Er worden suggestieve koppen geplaatst en er worden herhaaldelijk zinnen geciteerd waarin iemand zich afvraagt of de verdachten niet het slachtoffer zijn van valse beschuldigingen, waarna steevast de conclusie volgt dat de vervolging politiek gemotiveerd moet zijn.

Over Jean Claude I. (alias Nzinga) wordt het meeste geschreven. Als reden voor zijn vervolging wordt mede diens medewerking aan een rapport over oorlogsmisdaden in Congo in 1996-1997 aangevoerd. Maar dat is hoogst twijfelachtig omdat hij al in een document uit begin 1996 van het onafhankelijke Rwanda Tribunaal is genoemd in een rijtje daders van een massamoord. Nzinga was volgens de verklaring een buurman van de overlevende die getuigde, zodat een persoonsverwisseling niet waarschijnlijk lijkt.

Voor Jean-Baptiste M. geldt eigenlijk hetzelfde. M. was mede-oprichter van de extremistische splinterpartij CDR en secretaris-generaal van het uitvoerend comité van die partij. De aankondiging, waarin M. staat vermeld, is terug te lezen in de krant Kangura #33 uit 1992. M. is bovendien genoemd als mede-initiatiefnemer van RTLM, de bekende haatradio. volgens het OM zijn er geluidsbanden bewaard gebleven van toespraken van Jean-Baptiste M. waarin hij oproept tot het uitroeien van Tutsi’s. De rol van het CDR en de radiozender bij de genocide is zeer uitvoerig beschreven in de literatuur en goed gedocumenteerd.

Deze verdachten zouden volgens de open brief van PAX vervolgd worden voor hun steun aan Victoire Ingabire. Zij wordt bijvoorbeeld financieel gesteund door een organisatie van Jean-Baptiste M. Maar het is natuurlijk niet zo dat genocideverdachten tegen wie sterke verdenkingen bestaan worden vervolgd omdat zij steun verlenen aan politici. Ook voor Ingabire zelf geldt dat er volgens justitie bewijzen voor strafbare feiten zijn aangetroffen bij een huiszoeking in haar Nederlandse woning.

Genocide-revisionisten

Wat in deze zaken vooral opvalt is dat leden van de internationale groep advocaten die de verdediging voert van Ingabire, Jean-Baptiste M., Nzinga en andere verdachten, zich in de media profileert als genocide-revisionisten. Eén van de journalisten die daar uitbundig aan meewerkt is Ann Garrison, winnaar van de ‘Victoire Ingabire Umuhoza Prize for Democracy and Peace’.

Jean Flammé, advocaat van Jean-Baptiste M., vertelde onlangs nog aan Garrison dat hij niet in de genocide gelooft en dat hij dat voor de rechter heeft verklaard. Garrison schroomt intussen ook niet om propagandastukken van de terreurbeweging FDLR te publiceren. Het doel lijkt te zijn om bewijzen voor de genocide ter discussie te stellen. Zonder genocide immers geen veroordelingen wegens medeplichtigheid.

Een geval apart is de echtgenoot van Ingabire, Lin Muyizere. Van deze meneer is minder bekend, behalve dat hij zich in de pers sterk heeft gemaakt voor Simon Bikindi, iemand die inmiddels door het tribunaal is veroordeeld voor opruiing voorafgaand aan, en tijdens de genocide. Muyizere noemde Bikindi jaren geleden in de Volkskrant geen oorlogsmisdadiger maar een vrijheidsstrijder.

In de open brief zoeken de ondertekenaars steun bij artikelen van mensenrechtenorganisaties. Maar in 2014 heeft Human Rights Watch (HRW) een paar rapporten gepubliceerd die een ander beeld schetsen. Ten eerste is er in september jl. een uitgebreid onderzoek gepubliceerd naar de zgn. 1F procedure, onder de titel ‘The long arm of justice‘. In dit rapport krijgt de Nederlandse aanpak vooral lof toegezwaaid.

Daarnaast heeft HRW het rapport ‘Justice after the genocide, 20 years on‘ gepubliceerd waarin de Rwandese regering wordt aangemoedigd om door te gaan met de pogingen om genocideverdachten op te sporen te vervolgen. Weliswaar met als kanttekening dat de hervormingen in de rechtspraak moeten worden doorgezet, maar dat is toch iets anders dan wat er in de open brief wordt gesuggereerd.

Het is jammer dat de ondertekenaars van de open brief zo sterk beïnvloed lijken te zijn door de eenzijdige en tendentieuze berichtgeving. Het genocidale regime boekte indertijd vooral resultaat door het wapen van de propaganda. Het is niet te hopen dat genocideverdachten nu met hetzelfde wapen hun berechting zullen ontlopen.

Lees ook ‘Genocide-ontkenning in hapklare brokken’ van dezelfde auteur.

 

Door ravage

Abonneer
Laat het weten als er

*

4 Reacties
Oudste
Nieuwste Meest gestemd
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties
Jan Hofdijk
9 jaren geleden

Jos van Oijen maakt me verlegen met zoveel lof, hoewel, Jos van Oijen ? Who the hell is Jos van Oijen ??

Anoniem
8 jaren geleden
Antwoord aan  Jan Hofdijk

De reactie van mijnheer Hofdijk, kinderachtig en niet-inhoudelijk, neemt me onmiddellijk extra voor dit stuk van dhr van Oijen in. Iemand die zo reageert heeft geen argumenten

Natasha Gerson
8 jaren geleden

En bovenstaande niet anoniem, maar van ondergetekende. Hulde aan dhr van Oijen voor enig tegengewicht in deze lastige kwesties waar het voor n leek nauwelijks mogelijk is te oordelen. De stelligheid van allerlei personen in deze verbaast me dan ook. De stukken van can Oijen geven feitelijke informatie maar dwingen niet tot n eenzijdige zienswijze. Hartelijk dank daarvoor

Alice
8 jaren geleden

Kan iemand mij uitleggen waarom Nederland en vooral Links Nederland (pers, organisaties, kerken) pro Hutus zijn en tegen de Tutsi’s? Ik ontdekte dit op een Afrika Dag, georganiseerd door de Evert Vermeer Stichting van de PvdA. Daar was een stand over Rwanda maar zeer eenzijdig. Het ging over de Hutus als slachtoffers en vluchtelingen en de genocide werd niet genoemd. De Tutsi’s werden afgebeeld als onderdrukkers????
Ik kon mijn ogen niet geloven dat dit mogelijk was in Nederland. Alsof je stands toelaat met nazi propaganda tegen de Joden en de concentratiekampen met gaskamers negeert.

De BRT documentaire over Rwanda met de journaliste Els de Temmerman met gevaar voor eigen leven, de genocide werd gefilmd.Je zag hoe teenagers een vrouw onthoofde en hoe ze kinderen hun voetjes afhakten. Tutsi’s zijn langer dus werden voeten afgehakt. De kerk met duizenden lijken en een overlevende.
Deze moordpartij werd georganiseerd door de priester en nonnen van de kerk.
Ook de haatradio was te horen waar je een hysterische stem hoorde die opdracht gaf om de kakkerlakken te doden.Dit ging maar door in een dreun en was angst aanjagend.

Ook een keer in Den Haag met een bijeenkomst over Angola. We zaten rond een tafel met koptelefoons voor de vertaling van Portugees in het Nederlands. Sietse Bosgra was er ook en hij zat naast een zwarte Angolees. Tot dat hij ontdekte dat deze man van Unita was en niet van de MPLA. De heer Bosgra sprong op als of hij door een wesp was gestoken en begon te tieren. Hoe hadden ze hem naast een Unita afgevaardigde kunnen plaatsen.
Ik geneerde mij enorm. Waarom wordt in Nederland meteen een éénzijdige kant gekozen.
Dit gebeurt altijd en in ieder conflict. Ben je het er niet mee eens of je hebt een andere mening dan word je gelijk gedemoniseerd als een idioot want alleen zij hebben de waarheid in acht.