map-of-the-world-book

Over ontdekken en ontsnappen

We zullen eeuwig (land)kaarten blijven maken. Zoals we ook eeuwig de romantische verlokking van onbekende plekken, zelfs onbestaande plekken, zullen kennen.

     door Friso Wiersum

De afgelopen jaren is cartografie populairder dan wij ons kunnen herinneren. Simon Garfield schrijft ergens aan het einde van zijn boek On the Map: ‘A short walk from the British Museum will take you to to Stanfords in Covent Garden, where the gift items suggest that cartography has reached unprecedented levels of hipness.’ [blz 441]

In deze tijd waar cartografie en data visualisatie (infographics) in elkaar overlopen, schijnt alles mapable te zijn, in kaarten omgezet te kunnen worden. Je kan een dataset over de gemiddelde temperatuur in de zomermaanden combineren met de verkoopcijfers van een bepaald drankje. Koppel daar de geografische verspreiding van dat drankje aan en voilà, een kaart is gemaakt.

Met de nieuwe technologische hulp van onze computers kunnen die datasets meer dan voorheen in prachtige kaarten worden vormgegeven en hoeven we geen saaie staafdiagrammen meer te doorgronden. Deze moderne kaarten vertellen meer dan de (land)kaarten die ik me uit mijn jeugd herinner, het zijn verhalen. En logisch dat verhalen spannender zijn dan tweedimensionale kaarten waar wegen en huizen en bergen op staan getekend.

[ill 1a.] metro
Kaart van het metrostelsel in Londen zoals de lijnen daadwerkelijk lopen
[ill 1B. ] londenkaartmetro
Kaart van het metrostelsel in Londen zoals de lijnen visueel worden verbeeld

  Verhalen

Wat niet iedereen zal beseffen is dat kaarten maken vroeger ook een manier van verhalen vertellen was. Ver voor onze jaartelling begon was de wereld ‘nog niet kaart gebracht’ en dus konden er allerlei fantastische en aan de geest ontsnapte wezens, landen en geografische kenmerken aan kaarten worden toegevoegd. In zeeën leefden grote slangen, die ook daadwerkelijk op kaarten werden getekend. Bergketens waren slapende reuzen die je niet moest wekken. Vulkanen stonden in directe verbinding met de hel, die zowel boven als onder te vinden was, en waar ook allerlei kaarten van getekend waren.

Met de rationalisering van ons wereldbeeld worden kaarten steeds droger en verdwijnen de bovennatuurlijke zaken. In Simon Garfield’s fantastische boek On the map. Why the world looks the way it does beschrijft de auteur met een aanstekelijk enthousiasme over de perfectionering van onze kaarten. Hij laat ons meereizen door tijd en ruimte, van de oude Grieken naar China, laat ons paardrijdend onderdeel zijn van expedities die niets anders ten doel hadden dan de wereld te tekenen, toont aan hoe kaarten hielpen cholera te bestrijden en eindigt zijn liefdevolle boek met een verkenning van de toekomst: het mappen van ons brein en de manier waarop internet het instant always-on me-mapping tijdperk mogelijk maakt.

Want de moderne technologie, zo vindt Garfield, heeft het maken van kaarten (toch een wetenschappelijke taak) onttoverd. Als je altijd je Google Maps aan kan zetten om te kijken waar je naar toe moet, als je altijd met iedereen in verbinding kan zijn, dan besef je niet meer dat jij een stipje op een kaart bent, en niet het middelpunt van die kaart.

Anekdotes als die van Amerikaanse kaartenmakers die een fictief plaatsje op een kaart zetten om zo te kunnen controleren of concurrenten wel zelf onderzoek deden of gewoon kaarten natekenden, dat kaarten inderdaad werden nagetekend, maar dat een paar mensen toen toch maar een nederzetting op dat plekje begonnen en de kaart dus vooruitliep op de ‘echte wereld’, gaan daarmee behoren tot de grote verrassingsemmer van de geschiedenis. Geschiedenis als entertainment voor de generatie NU: doe een greep in de emmer en je komt altijd met wat verrassends in je hand boven. Maar zo zwart-wit is de tegenstelling ‘kaartenmaken’ versus ‘infografie’ niet. Dat blijkt uit een hele reeks andere boeken.

  Onderduiken

Met de titel Off the map schreef Alastair Bonnet een perfecte aanvulling op On the map. De ondertitel van Bonnet – Lost spaces, invisible cities, forgotten islands, feral places, and what they tell us about the world – geeft een aardige indicatie van zijn boek. Bonnet duikt onder de kaarten van vandaag. Hij reist naar steden die nooit op kaarten voorkwamen (denk USSR}, duikt onder de grond in verschillende steden (het zogenaamde urban exploring, afgekort urbex in terminologie), laat ons zien waarom vliegvelden, casino’s en andere non-places (Marc Augé) uitzonderingen zijn op onze lust tot het vastleggen van onze omgeving, en bezoekt cartografische abnormaliteiten als ons eigen Baarle Hertogh. Bonnet laat zien welke macht kaarten kunnen uitoefenen en is dol op de plekken die aan de aandacht en macht van autoriteiten zijn ontschoten.

Daarmee is de stap naar de quilombo’s maar klein. Quilombo’s waren de zelf gestichte vrijhavens van weggelopen slaven in Brazilië, door hun aard niet op kaarten zichtbaar. Zoals ook de piratennesten van het Mediterrane gebied en later die van de Caraïben niet op kaarten zichtbaar waren. Er zitten nogal wat verschillen tussen ‘on the map’ en ‘off the map’, zo wordt wel duidelijk als je beide boeken naast elkaar legt. Van de strijd die er vroeger heeft gewoed om landkaarten [denk maar aan de westerse kolonisering van de wereld] kunnen we ons nauwelijks een voorstelling maken, verwend als we zijn aan vaste grenzen, lijntje op een kaart.

Maar projecten als Radical Cartography en An atlas of radical geography tonen ons onmiddellijk dat kaarten nog steeds veel vragen, zowel politieke als economische, kunnen beantwoorden, en oproepen. Zoals Trevor Paglen schrijft, een kaart is ‘a departure point or a tool that can aid in analysis but do not speak for themselves.

Dat geldt zowel voor de kaarten waar we zelf mee kunnen spelen als stamen als de kaarten die onderzoeksgroepen opstellen van de doden die vallen op de Middellandse Zee. Kaarten zijn altijd een politiek geladen communicatiemiddel geweest en dat zal ook in dit techno-tijdperk wel zo blijven. We zullen waarschijnlijk geen mooie hand getekende kaarten als die van Sovjet-spionnen c.q. kaartenmakers die het Westen ten tijde van de Koude Oorlog intekenden meer tegenkomen, maar kunnen op internet vrijwel alle kaarten vinden die we wensen, bijvoorbeeld een live-overzicht van computeraanvallen. En zelfs alle plekken op de wereld zonder enige duiding van een kaart. Het spelletje GeoGuessr heeft als motto: ‘Let’s explore the world!

[ill. 2] Russian military map of Utrecht 1981
Russische militaire kaart van Utrecht, 1981

  Cirkel rond

Daarmee lijkt de cirkel rond. Eerst wisten we niets van de ons omringende wereld. Toen gingen we rondkijken en ‘ontdekken’ en legden we vast wat we vonden dat vastgelegd moest worden. Daar hoorden geen mythes en sprookjes bij, die vielen letterlijk van de kaarten af. Het ging om kennis en dus macht. Nu hebben we ‘alles’ vastgelegd en blijkt politiek niet op te houden. We zullen eeuwig kaarten blijven maken. Zoals we ook eeuwig de romantische verlokking van onbekende plekken, zelfs onbestaande, zullen kennen.

Of we die net zo verlokkend kunnen optekenen als Judith Schalansky in haar Pocket atlas of remote islands denk ik niet. In een heerlijk klein boekje laat zij ons afreizen naar allerlei exotische plekken met namen als Brava of Floreana of Tromelin. Zij tekende de kaarten, bedacht de landschappelijke kenmerken, verzon de bronnen van inkomsten. Zij verzon voor ons zodat wij in ons stoeltje kunnen blijven zitten en toch afreizen naar dat ‘Andere’, die ongekende en onbekende plekken die we zo nodig hebben om ons dagelijks heden dragelijk te houden.

Voor wie wat grimmigers zoekt om aan het heden te ontsnappen, is er de Atlas of Prejudice, reeds in twee delen, van Yanko Tsvetkov. Hij speelt met onze verwachtingen en laat met simpele kaarten zien hoe diep onze vooroordelen zitten. Zijn kaarten waarderen, en onze eigen onkunde erkennen, had echter nooit gekund als we niet wisten hoe de ‘objectieve’ kaart er uit ziet. Dat die laatste kaart niet bestaat, dat is ondertussen wel duidelijk, of toch niet? Deze boeken helpen je jouw antwoord te formuleren.

Atlas of Prejudice, Arab Winter 2012
Arabische winter, verbeeld door Yanko Tsvetkov
Alastair Bonnet Off the map [2014]
isbn 978-1-78131-257-5
Simon Garfield On the map [2012, 2013]
isbn 978-1-846685-10-1
Yanko Tsvetkov Atlas of prejudice, vol. 2 [2014]
isbn 978-1495395871
Judith Schalansky Pocket atlas of remote islands [2009]
isbn 978-1846-143496
A map of the World [2013]
isbn 978-3-89955-469-4

Door ravage

Abonneer
Laat het weten als er

*

0 Reacties
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties