Paradies: Liebe van de Oostenrijkse regisseur Ulrich Seidl is het eerste deel van de Paradies-trilogie, Glaube en Hoffnung volgen nog. De film speelt zich af in Kenia, waar zich aan de rand van een paradijselijk strand een comfortabel hotel bevindt. Duitse en Oostenrijkse vrouwen van middelbare leeftijd zoeken daar de liefde, maar eigenlijk seks met als enige verplichting dat ze er voor moeten betalen.
Het strand is volgestouwd met souvenirverkopers die opdringerig hun waar aan de vrouw staan te brengen. De zwaarlijvige vrouwen kunnen daar hun seksmaatjes uitzoeken. Teresa (Margarethe Tiesel) is een Oostenrijkse gescheiden vrouw die zowel bot als charmant, maar vooral tergend eenzaam is. Na een aantal Afrikaanse jonge mannen uitgeprobeerd te hebben, vindt ze haar schijnbaar ideale minnaar in de persoon van Munga (Peter Kazungu), die al even onbetrouwbaar blijkt als zijn collega’s.
Het is alom bekend dat dit soort taferelen daadwerkelijk plaatsvinden. Westerse vrouwen trekken naar Afrika voor sekstoerisme, mannen naar Thailand. Dergelijke transacties, geld in ruil voor seks, hebben een onmiskenbare koloniale lading. En wie kan het de Afrikaanse mannen die in armoede leven het kwalijk nemen dat ze alles uit deze transactie proberen te halen?
De Franse regisseur Laurent Cantet maakte in 2005 al Vers le sud, een film over westerse vrouwen die in Haïti aan sekstoerisme doen. Die productie mist echter de niets ontziende scherpe visie van Seidl. Het knappe van Seidl’s werkwijze is dat Paradies: Liebe, ondanks het ranzige onderwerp, een subtiele en elegante film is geworden. Het gebruik van humor maakt het pijnlijke bijna dragelijk.
Na een aantal eerdere shockerende films geregisseerd door Seidl zou bij de kijker een zekere gewenning moeten optreden. Toch heeft hij opnieuw een film weten te maken die hard aankomt. Vooral de scène waarin een stel hitsige vrouwen een man tot seksspeeltje degradeert, is grotesk. Het fragment heeft een onmiskenbare racistische lading en is als toeschouwer uiterst pijnlijk om te ondergaan.
Seidl is ondertussen een specialist geworden van dergelijke controversiële scènes. Zijn speelfilmdebuut Hundstage (2001) zit vol met taferelen waar mensen op sadistische wijze vernederd worden. Meestal betreft het vrouwen die met fysiek en psychisch geweld honds behandeld worden. De vrouwen ondergaan de vernederingen gelaten, de mannen verlustigen zich aan de pijn van hun prooi.
Merkwaardig hoe dergelijke scènes op een bijna documentaire-achtige wijze in beeld gebracht zijn. Voordat Seidl aan de productie van speelfilms begon, had hij al een aantal imponerende en grensverleggende documentaires gemaakt. Hij ziet zelf ook geen verschil tussen documentaire en fictie. Omdat hij zich op het scharnierpunt bevindt, kunnen zijn films niet in een vakje geplaatst worden.
Onmiskenbaar is de kracht waarmee de kijker de gruwelijke werkelijkheid van Seidl ingetrokken wordt, als gevolg van de compassie voor zijn personages. Hij toont ons een onaangename, pijnlijke en wrede werkelijkheid, waarin tevens een onderhuids humanisme voelbaar is. Dat geeft zijn werk een dubbelzinnige lading. Zijn ontregelende gebruik van humor maakt het allemaal nog wat complexer. Redenen waarom het werk van Seidl zoveel weerzin oproept. Hij overschrijdt grenzen om de kijker op een andere manier de werkelijkheid te laten aanschouwen.
Seidl werkt ook zonder script. Improvisatie met professionele acteurs en amateurs moeten tot het gewenste resultaat leiden. Margarethe Tiesel in de hoofdrol van Paradies: Liebe geeft zich helemaal bloot, zowel fysiek als psychisch. Het is een moedige vertolking, maar ook huiveringwekkend realistisch. Het onvergetelijke beeld van de jonge mannen die roerloos op het strand staan, wachtend op hun prooi, blijft nog lang nazinderen.
Ulrik van Tongeren
Paradies: Liebe (Eye Film Instituut, 2012)