De ombudsvrouw van de Volkskrant, het dagblad dat de affaire Patricia Perquin (PP) aan het licht bracht, schrijft dat PP ‘als adviseur van de gemeente Amsterdam niet belangrijk was’. PP schreef pikante columns voor het AD en Het Parool over haar belevenissen als hoer op de Wallen en werd ingehuurd door de gemeente. Later bleek ze een journaliste met een fixatie voor rauwe sex die je met een korreltje zout moet nemen. De constatering van de ombudsvrouw is daarom wat makkelijk, de werkelijkheid is geniepiger.
Op instigatie van toenmalig wethouder Lodewijk Asscher (PvdA) kocht NV Stadsgoed, die nu dreigt om te vallen, voor tientallen miljoenen panden op de Wallen om criminaliteit tegen te gaan. Woonstichting Lieven de Key was ook van de partij, en verklaarde later “het zonde van het geld te vinden.” Wie de moeite neemt de documentaire-reeks De bezem door de Wallen (NCRV, 2012) te bekijken, begrijpt dat ‘Project 1012’ gedoemd was te mislukken. Een uitspraak in de docu die dat kernachtig samenvat is die van prostituee Cindy. Op een vraag over mensenhandel reageert ze verontwaardigd: “Je sluit toch geen winkel omdat er iets gestolen is!” Mensenhandel is voor haar alleen op te lossen door het aan te pakken.
Asscher beaamt in de docu-reeks dat ingrijpen moeilijk is, want “er wordt flink gelogen in het wereldje.” (Een argument dat hij nu gebruikt om zijn ongelukkige keuze voor adviseur PP goed te praten.) “Onlangs werd nog een meisje vermoord”, vertelde hij aangedaan voor de camera. Ongetwijfeld goed bedoeld, maar of de moord voorkomen had kunnen worden wanneer de buurt eerder opgekocht was geweest, is twijfelachtig.
Om daadkrachtig te kunnen optreden introduceerde Asscher de term ‘criminogeen’, waarmee bij een vermoeden ondernemers uitgekocht kunnen worden. Wanneer je op de Wallen werkt heb je nu eenmaal te maken met “een hardnekkige criminele infrastructuur”, zo is de gedachte, zoals vastgoedfraude, afpersing en mensenhandel. Asscher verklaarde echter ook dat een “strook prostitutie overblijft”, waardoor volgens zijn eigen logica diezelfde criminele infrastructuur sowieso in stand blijft.
Is dat geen willekeur? De term criminogeen zou je evengoed kunnen toepassen op de Zuidas, het financiële centrum van Nederland. Dat werd ook in verband gebracht met vastgoedfraude en afpersing. Je noemt de naam Willem Holleeder en men weet genoeg: Jan-Dirk Paarlberg (destijds vriend van Eurocommissaris Neelie Smit Kroes) en Willem Endstra bezaten hier vastgoed. Na de moord op Endstra werd duidelijk dat er op de Zuidas niet alleen maar nette mensen werkzaam zijn. Zakenblad Quote schreef gretig artikelen met koppen als ‘Vastgoedfraude-complex Zuidas draait als een tierelier’. Is de Zuidas opgekocht om er beginnende couturiers als antikraakwacht te huisvesten?
Terug naar 1012. Stadsdeelvoorzitter Els Iping (PvdA) komt oprecht over wanneer zij haar afschuw uitspreekt over de Turkse crimineel Saban B., die vrouwen dwong tot prostitutie op o.a. de Wallen. Voor haar doorslaggevend om Project 1012 uit te voeren. Dat Saban B. eerder uitzondering betreft, getuigen de vele dames die beweren binnen deze sector zelfstandig te werken. Metje Blaak, ombudsvrouw voor prostituees, een bekende verschijning in de buurt, beweert dan ook dat “gedwongen meisjes door streng beleid juist ondergronds zullen blijven.”
En bewoners die op de Wallen voor veel geld een huis kochten? Emmy, eigenaresse van een pand, beweert “geen last te hebben van de dames” maar vindt het een goed idee dat er ramen verdwijnen. Je kan je niet aan de indruk onttrekken dat het gunstig is voor de prijs van het pand, want na de grote schoonmaak zal die immers stijgen. Een proces van gentrification dat reeds zichtbaar is in de Amsterdamse Pijp, waar de oorspronkelijke bewoners werden verdrongen door het grote geld.
En PP en vice-premier Asscher? Onlangs kreeg PP laaiende ruzie met pornoster Kim Holland nadat Perquin geschreven had dat de actrices van Holland onder dwang werkzaam zouden zijn. Asscher blijft echter onverstoorbaar met de zekerheid dat zijn verloren miljoenen terug geharkt worden via de WOZ en OZB.
Ron Kretzschmar