LAMPEDUSA (IT) – Illegale migranten op het Zuid-Italiaanse eilandje Lampedusa hebben dinsdag geprotesteerd tegen de erbarmelijke omstandigheden waaronder ze vast worden gehouden.

Ze gooiden matrassen naar buiten en probeerden vertrekkende bussen tegen te houden. “We worden hier gedwongen te leven als dieren, dat zijn we zat”, stellen ze. De Italiaanse vertegenwoordiger van de VN-vluchtelingenorganisatie UNHCR heeft de overvolle situatie binnen de gevangenis scherp veroordeeld. “Families moesten noodgedwongen drie dagen achter elkaar in de regen buiten doorbrengen, onacceptabel”, aldus Lauren Jolles.

Volgens Jolles is onmiddellijk actie geboden. Niet alleen voor de 155 overlevenden van de scheepsramp van vorige week, maar voor alle migranten die vanuit Afrika onder meer zijn gevlucht voor oorlog en vervolging en vastzitten op het zuidelijkste puntje van Italië. De lichamen van 249 Afrikaanse migranten zijn inmiddels geborgen.

De kapitein van het gezonken schip is aangehouden. Na verschillende overlevenden van de scheepsramp te hebben gehoord, heeft het Openbaar Ministerie een onderzoek ingesteld tegen de man, een 35-jarige Tunesiër. Het parket beschuldigt hem onder meer van averij, meervoudige doodslag en mensensmokkel. De man werd in april dit jaar nog uitgewezen door Italië.

Afgelopen nacht hebben twee schepen, een Deense en een Panamese cargo, zo’n 400 vluchtelingen gered op weg naar Sicilië. Het Panamese schip vervoerde 263 opvarenden, vermoedelijk Syriërs en Palestijnen, toen hun boot in moeilijkheden kwam op 100 kilometer voor de kust van Sicilië. Een andere groep van 141 vermoedelijk Syrische vluchtelingen, onder wie 39 vrouwen en 28 kinderen, werd opgepikt door het Deense schip. Zij waren op weg naar de haven van Pozzallo op Sicilië.