08

Venezuela en het dubbele wurgkoord

Gezien de dreiging van het dubbele wurgkoord – het creëren van politieke druk en ontwrichting van de economie – die de neoliberale orde kan exploiteren, hangt de toekomst van Venezuela aan een paar benauwende draden.

In Venezuela probeert de staat van bovenaf een sociale en economische revolutie door te voeren in een omgeving die op zijn zachtst gezegd zeer onwelwillend is. De belangrijkste spelers binnen de neoliberale wereldorde hebben twee belangrijke wurgkoorden in handen waarmee ‘de Bolivariaanse Revolutie’ de nek kan worden omgedraaid: beeldvormingspolitiek en de wetten van de markt.

Rond de Pax Americana draait een vervelende horzel rond. Venezuela is sinds de presidentsverkiezingen van 1999, waarbij Hugo Chávez aan de macht kwam, een gevaarlijke uitdager geworden van de neoliberale wereldorde onder leiding van de VS. En steken kan zij ook. Politiek-ideologisch biedt zij, als alternatief model, een gevaarlijk tegenvoorbeeld voor een op neoliberalisering gebaseerd beleid.

Politiek-strategisch werpt ze al voldoende problemen op door aanjager te zijn bij het oprichten van Latijns-Amerikaanse samenwerkingsverbanden zonder de VS. Dat Venezuela beschikt over de grootste olievoorraden ter wereld komt goed uit: zij kan haar alternatief ook betalen en waar mogelijk haar oliecapaciteit strategisch inzetten.

Om in te kunnen schatten of zo’n afwijkend regime wel overleven kan in een woelige neoliberale zee, waarin talloze haaien geduldig liggen te wachten om die eigenwijze linkse reddingsboei aan stukken te kunnen happen, is een lastige kwestie. De oppositie in Venezuela is per definitie krachtig vanwege de machtige economische positie die het inneemt. De economische druk vanuit de mondiale kapitaalmarkten is enorm. De politieke druk vanuit het westen, met name van de Amerikaanse beschermheer van de neoliberale orde, is dat evenzeer. Er zijn horzelmeppers genoeg.

Het eerste wurgkoord: creëer politieke druk

Het ligt in de lijn der verwachting dat de hegemonie en zijn trouwe volgers alle mogelijke drukmiddelen zullen aangrijpen Venezuela politiek-economisch van kleur te laten verschieten. Grofweg staan de handhavers twee soorten methoden ter beschikking het chávismo te wurgen. In de eerste plaats kunnen zij via de publieke opinie grote politieke druk uitoefenen met behulp van beeldvorming in de massamedia en de social media. Daarnaast kunnen zij economische druk creëren door de inherent moeilijke economische positie van een transitieregime uit te buiten en daar problemen aan toe te voegen.

De eerste stap om druk uit te kunnen oefenen is het lanceren van een propagandaoorlog die eigenlijk als een soort tweetrapsraket fungeert. De voorste vuurlinie is gericht op beïnvloeding van de nationale meningsvorming en politieke machtsverhoudingen. Publieke uitingen zoals publicaties in de massamedia, pr-campagnes, officiële verklaringen, rapporten van ngo’s, steun aan stakingen en demonstranten zijn bedoeld om in de Venezolaanse politieke arena de positie van de oppositie te versterken en de positie van het chávismo te verzwakken. Dáár immers vindt de strijd om ideeën plaats, dáár bevindt zich de directe concurrentie om de politieke macht en controle over de staat.

Democratie heeft de voorkeur, zolang de juiste partij maar wordt gekozen. De gemakkelijkste manier om het chávismo te neutraliseren is de inheemse bevolking zélf aan het hakblok te zetten, door hen anders te laten denken of in ieder geval politiek anders te laten handelen. De politieke druk kan zich via de stembus uiten [1], maar ook als agitatie op straat manifesteren, zoals we bijvoorbeeld onlangs in Oekraïne konden waarnemen.

De VS steunt om die reden eenzijdig de oppositie in al zijn manifestaties, direct of via ngo’s die zij financiert, zoals the National Endowment for Democracy, the International Republican Institute en vele anderen. Minder open en legale middelen worden naar behoefte aan het arsenaal toegevoegd.

Delegitimatie-campagne

De tweede vuurlinie stroomlijnt tevens de internationale publieke opinie. De westerse mediaconcerns, inclusief die van de social media, vormen een belangrijke schakel binnen die operatie. Een dergelijke positie wordt in het algemeen – natuurlijk niet altijd, overal en door ieder medium – met overtuiging op zich genomen.

De machtige Amerikaanse pr-industrie, in de arm genomen door staatsinstellingen of private partijen, heeft daarbij voldoende ervaring om al zijn kennis en middelen in te zetten de beeldvorming ernstig te manipuleren [2]. Inlichtingendiensten, ngo’s en PR-bedrijven helpen de oppositie en groepen demonstranten via de juiste kanalen de juiste informatie te verspreiden en leren hen effectieve acties te voeren om het regime te delegitimeren of zelfs te destabiliseren.

Een delegitimatie-campagne van een onwelgevallig socialistisch regime werkt traditiegetrouw volgens een beproefd tweesporenbeleid. De beeldvorming richt zich op het inplanten van twee ideeën, namelijk dat socialisme inherent dictatoriaal is en mensenrechten schendt en dat socialisme economisch ‘niet werkt’. De uitdager wordt stelselmatig in een negatief daglicht geplaatst om de hearts and minds van het westerse thuispubliek te winnen zodat politieke steun kan worden verworven voor eventuele sancties of andere vormen van interventie. Men probeert een dusdanig politiek klimaat te scheppen om het koord strak te kunnen aantrekken, zo strak dat uiteindelijk, als de tijd rijp is, ‘alle opties op tafel liggen.’

Het tweede wurgkoord: ontwricht de economie

Nixon en Kissinger bedachten voor het Chileense democratisch socialisme van Allende een destabilisatie-programma rond de werktitel Making the economy scream. Wanneer we proberen de economie te ontwrichten, dachten zij, snijdt het mes aan twee kanten.

09

In de eerste plaats krijgt het model te maken met negatieve aandacht, waardoor de waarde van het regime als alternatief voor andere naties sterk aan kracht in boet. Ten tweede, ook niet onbelangrijk, holt verzwakking van de economie de mogelijkheden van de regering uit haar sociale programma’s te financieren. Een belangrijk deel van de bevolking zal dan, volgens het geplande scenario, de politieke druk op de regering opvoeren of zelfs overlopen naar de oppositie.

Het grootste probleem waar een alternatief regime mee te maken krijgt als zij opereert in een vijandige neoliberale omgeving, is de dreiging van kapitaalvlucht. Omvorming van een kapitalistische staat en maatschappij bedreigt per definitie commerciële en financiële belangen. In een wereldeconomie, die in dienst van die belangen gecreëerd is – bijvoorbeeld om kapitaalstromen ongereguleerd en vrij te laten bewegen – hebben zij alle mogelijkheden het land te verlaten en de lokale munt in een vrije val te laten storten. Met alle gevolgen van dien: investeringen drogen op, productie stort in, de arbeidsmarkt verslechtert.

Je zou het chantage kunnen noemen. Omdat die chantage zo sterk zijn stempel op een nationale economie kan drukken, spreekt men ook wel over de macht van een ‘virtuele senaat‘. Boven de nationale politiek staat als het ware een hogere kamer van besluitvorming, gevormd door multinationaal opererende concerns en de financiële markt. Zij leggen in het kader van gunstige vestigingsvoorwaarden dwingende eisen op aan die politiek, die daarmee grotendeels haar soevereiniteit verliest autonome beslissingen te nemen.

De virtuele senaat beoordeelt privatisering, deregulering en snijden in de publieke sector als zijnde positief. Sociale overheidsprogramma’s en staatsinterventies in de markt worden daarentegen – wanneer niet in het belang van de private sector – keihard afgestraft. Er blijft geen andere keuze over dan haar te pamperen.

Economische oorlog

Het is duidelijk dat Venezuela momenteel een probleem heeft haar nationale munt te stabiliseren en de zwarte handel in valuta tegen te gaan. Op de zwarte markt ligt de koers van de bolivar ten opzichte van de dollar zo’n 10 tot 15 keer lager dan de officiële koers. Hoewel in het recente neoliberale verleden hogere percentages aan inflatie konden worden genoteerd, is het getal van 56 procent voor 2013 een schrikbeeld waarop de oppositie dankbaar kapitaliseert.

Een derde groot probleem is het gebrek aan een aantal basis levensmiddelen, zoals bakolie, wc-papier, bloem en sommige voedingsmiddelen [3]. Lange rijen voor winkels frustreren mensen en roepen als symbool een belangrijk beeld op dat direct in de collectieve herinnering ingrijpt. Toen de studentenprotesten van februari j.l. begonnen, waren deze problemen, naast de enorme criminaliteitscijfers, de belangrijkste grieven die naar voren werden gebracht. De economie begon te schreeuwen.

Wanneer een transitie-economie in de problemen zit, bestaan methoden die toegepast kunnen worden om extra narigheid toe te voegen. Volgens de chavista-regering zijn met name corruptie, valutaspeculatie en hoarding [4] tactieken die worden uitgespeeld in een keiharde economische oorlog tegen het regime. De oppositie, verenigd in een machtige private sector rond financiers, producenten, transporteurs en verkopers, zou dergelijke sabotage aanvallen uitvoeren in nauwe coördinatie met Amerikaanse overheidsinstellingen, bedrijven en ngo’s.

Marktwerking

Het is onmiskenbaar waar dit plaatsvindt, het gebeurde ook in Chili. Maar de economische prikkels voor dergelijk gedrag zitten ook besloten in de spanning die transitie van een markteconomie naar een socialistische economie haast per definitie met zich meebrengt. Een markteconomie, gebaseerd op aanbod van private producenten en gefinancierd door private financiers, functioneert op basis van het prijsmechanisme. Dat laat nu eenmaal ruimte voor ontstaan van zwarte markten en speculatie, wanneer prijscontroles worden ingevoerd.

Hetzelfde geldt voor vast wisselkoersbeleid waarbij een (overgewaardeerde) lokale munt wordt gekoppeld aan de dollar. Stelselmatige verhogingen van de minimumlonen, tot boven inflatieniveau, en ingrijpen in winstmarges van bedrijven, leveren economische prikkels om de productie te minimaliseren of te hoarden. Om daarin te participeren hoeft men op zichzelf geen gestaalde anti-communist voor te zijn, al helpt dat natuurlijk wel.

Een revolutie van bovenaf creëert zo een spiraal van toenemende overheidsinterventies binnen de economie. Er is meer controle nodig op de private sector om hoarding en speculatie tegen te gaan, de private banken moeten bij hun financiële transacties strakker worden gemonitord en er zijn interventies nodig om beschikbare dollars efficiënt te verdelen onder ‘essentiële’ importeurs. De markt heeft zijn eigen wetten, en die wetten werken in het voordeel van bezitters en financiers. Hoe dan ook zal de machtige private sector dat koord proberen aan te trekken, en het is de vraag in hoeverre de chavistas in staat zullen zijn de schreeuw te smoren.

Verdedigingswerken van het chávismo

Uiteraard probeert de regering corruptie, speculatie en hoarding hard aan te pakken, een beleid dat een grote mate van interventie en dus veel kracht, inzet en middelen vereist. Het wisselkoersbeleid zal in ruimere mate dollars ter beschikking moeten stellen om koers op de zwarte markt te drukken. De olierijkdom zou daarbij kunnen helpen.

Het brengt de broodnodige dollars binnen die via veilingen kunnen worden uitgedeeld aan bedrijven die zaken importeren die nodig zijn voor ‘essentiële productie’ en aan staatsbedrijven die de distributie van schaarse levensmiddelen overnemen. Het kan ook sociale programma’s financieren, bijvoorbeeld op het gebied van educatie en medische voorzieningen, die de electorale basis van het regime versterken.

Het chávismo zet sterk in op de opbouw van lokale communes met een bepaalde mate van autonomie in het bestuur en op organiseren van lokale coöperaties. Uiteraard vervult dat de aspiraties die het socialisme uitdraagt. Maar waarschijnlijk heeft het ook een andere, meer strategische insteek. Door de politieke organisatie aan de basis te verdiepen, ontwikkelt men een infrastructuur die blijft bestaan als verkiezingen eens verloren zouden worden. Dat werpt voor ‘contra-revolutionaire perioden’ een stabiele verdedigingswal op.

Intelligent genoeg is daarbij niet vergeten communale media op te richten. Het monopolie op de nieuwsvoorziening dat de private sector tijdenlang heeft gevierd (zij heeft nog steeds 80 procent van de massamedia in handen), is inmiddels doorbroken door de vele lokale nieuwszendertjes die met behulp van de overheid zijn opgezet.

Op internationaal speelveld probeert het chávismo zich te versterken door stevige banden te smeden met broederregimes en buurlanden, zowel politiek als economisch. De handelsorganisatie Mercosur en het samenwerkingsverband CELAC zijn daar belangrijke voorbeelden van. De landen kunnen elkaar in zware tijden economisch bijstaan, bijvoorbeeld door tekorten te counteren en illegale internationale verkoop van achtergehouden levensmiddelen te bestrijden. Men kan ook gezamenlijk een tegenwicht bieden in het internationale strijdperk van oprukkende vrijhandelsverdragen.

Of in het theater van ideeën. Mercosur, inclusief staten die een pro-Amerikaanse lijn volgen, veroordeelde bijvoorbeeld het geweld dat door oppositiegroepen werd aangezwengeld na de presidentsverkiezingen van 2013 en tijdens de laatste studentenprotesten. Een aantal landen heeft gezamenlijk Telesur, een televisiezender, opgezet om direct in concurrentie te treden met CNN Español, dat wordt gezien als een spreekbuis van de Amerikaanse overheid en de oppositie. Latijns-Amerika is allang niet meer de achtertuin waarin grote broer ongeremd alle vruchten kan plukken en zijn ideeën kan verspreiden.

Regime change proof?

Toch schuurt er twijfel aan de vastheid van het chavista-bastion. Er zijn breukjes in het firmament waar te nemen. Venezuela maakt na de dood van de charismatische aanjager Chávez een zware tijd door en wordt zowel economisch (inflatie, tekorten) als politiek (de februari-protesten) aan alle kanten op de proef gesteld. Broederregime Ecuador is inmiddels overstag gegaan voor de eisen van de virtuele senaat en zal waarschijnlijk haar beschermde nationale park openstellen voor extractie-industrieën.

De VS heeft, vanuit haar standpunt, positieve vormen van regime change tegemoet kunnen zien in Honduras en Paraguay, waar slimme, redelijk stille rechtse coups zijn doorgevoerd. De strijd van de Bolivariaanse Revolte voor autonomie en een ander politiek-economisch model is dus nog lang niet gestreden. Gezien de dreiging van het dubbele wurgkoord die de neoliberale orde kan exploiteren, hangt de toekomst van Venezuela aan een paar benauwende draden.

Hector Reban

Noten:
1. Nicaragua kan wat dat betreft als voorbeeld dienen. Na tien jaar economische oorlogsvoering en terreur van de Contra’s tegen de Sandinistische regering, besloot de bevolking – oorlogsmoe als zij was – bij de verkiezingen van 1990 te stemmen op de ‘gematigde’ kandidaat van de conservatieven.
2. In het belangwekkende standaardwerk over de Amerikaanse PR Industrie van John Stauber en Sheldon Rampton, Toxix sludge is good for you; Lies, Damn lies and the Public relations Industry, besteden de schrijvers een hoofdstuk aan wat zij de torturers lobby noemen. Zij beschrijven daarin hoe extreem-rechtse regimes in Latijns-Amerika Amerikaanse PR-bedrijven in de hand namen om het beeld van hun dictatuur in de media positief bij te stellen.
3. Opvallend genoeg gaat het vrijwel om dezelfde producten als die onder Allende’s democratisch socialisme in Chili schaars waren: ‘Perhaps nothing produced more discontent in the population than shortages, the little daily annoyances when one couldn’t get his favorite food, or flour or cooking oil or toilet paper or bed sheets and soap, or the one part needed to make the TV set or make the car run’, in William Blum – Killing Hope; US military and CIA interventions since World War II, 2de druk, p 211.
4. Hoarding is het achterhouden of niet productief in bezit hebben van producten, bijvoorbeeld om te speculeren op prijsstijgingen of om de goederen in het buitenland te verkopen waar een betere prijs kan worden gekregen.

 

Abonneer
Laat het weten als er

*

4 Reacties
Oudste
Nieuwste Meest gestemd
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties
Hector Reban
10 jaren geleden

Venezuelanalysis.com over de recente internationale mediacampagne tegen Venezuela:
http://venezuelanalysis.com/analysis/10472

Hector Reban
10 jaren geleden

De Venezolaanse Ombudsvrouw beschuldigt ¨mensenrechten¨ NGO´s van valse rapportages
http://venezuelanalysis.com/news/10523

Hector Reban
10 jaren geleden

Venezuela countert de zwarte markt in dollars door meer legale dollars ter beschikking te stellen via een gereguleerd vraag-aanbod gericht systeem (SICAD II): De koers op de zwarte markt is gekelderd. 1 dollar kost nu een derde minder bolivars.
http://venezuelanalysis.com/analysis/10544

Hector Reban
9 jaren geleden

Polls, uitgevoerd door private bedrijven, laten brede afkeer zien – zelfs bij de burgers in de gegoede wijken – van de protesten die gebruik maken van blokkades en geweld:

http://venezuelanalysis.com/news/10679