Code ter bevordering van de gelijkwaardigheid van leden van het Parlement
De Rijksvoorlichtingsdienst,
Neemt in overweging,
dat het recht op gelijkwaardigheid van de Parlementsleden, en het daarmee verwante recht op algehele objectiviteit ten aanzien van zijn of haar persoon en partij voor een ieder geldt;
dat de schrijvende en niet-schrijvende pers (hierna te noemen: de media) een wezenlijke functie in een democratische samenleving vervult, hetgeen onder andere tot uitdrukking dient te komen in het zo neutraal mogelijk weergeven van de participerende politieke partijen;
dat de politici eveneens hun eigen partij, dan wel collega-partijen zo neutraal en gelijkmatig mogelijk voor het voetlicht dienen te brengen.
Stelt onderstaande Code in de omgang met leden van de Pers en Politiek vast:
Het is algemeen bekend dat politici, maar ook journalisten en tv-/radiopresentatoren, er genoegen in scheppen bepaalde politieke partijen in het openbaar volledig aan te duiden, en anderen niet. Denk bijvoorbeeld aan P. Witteman: “Vandaag hebben de Partij van de Arbeid en de VVD besloten dat…” en de nieuwslezer van het Journaal: “GroenLinks, SP en PVV zullen samen…”. Deze verschillen in aanduiding zijn in de regel nadelig voor die partijen wiens naam uitsluitend in afgekorte vorm wordt benoemd, met name in verkiezingstijd. Immers, de burger weet niet waar de afkortingen voor staan.
Vanaf nu worden dan ook alle politieke partijen onder het mom van het spreekwoord ‘gelijke monniken, gelijke kappen’ op identieke wijze beschreven en benoemd, namelijk in afgekorte vorm. Het is niet langer toegestaan stelselmatig te spreken van de Partij van de Arbeid, GroenLinks, Partij voor de Dieren, 50Plus en ChristenUnie enerzijds, en VVD, D66, PVV, SGP en SP anderzijds. Deze tweedeling wijst op het bewust voortrekken dan wel promoten van bepaalde partijen, iets dat niet past binnen onze democratie.
Het is niet langer of-of maar en-en. Aangezien het volledig uitschrijven/-spreken van alle huidige participerende partijen – 50Plus, Partij van de Arbeid, Volkspartij voor Vrijheid en Democratie, Christen-Democratisch Appèl, Democraten1966, Partij voor de Vrijheid, Socialistische Partij, GroenLinks, Staatkundig Gereformeerde Partij en Partij voor de Dieren – veel te omslachtig is, en in sommige gevallen zelfs tot tongbreuk kan leiden, worden in het vervolg ALLE partijen in afgekorte vorm benoemd. Let wel, dit is geen verzoek maar een plicht!
Omdat Parlementariërs en Persmedewerkers uitermate hardleers zijn zodra het gaat om veranderingen, met name indien die van buitenaf worden opgelegd, een voorbeeldlijst van de wijze waarop de partijen voortaan dienen te worden aangeduid: SP, PVV, PvdD, D66, CDA, GL, CU, SP, SGP, 50+ en PvdA.
Verklaart voorts,
dat in geval deze code of een onderdeel daarvan naar het oordeel van de RVD door de media of politiek wordt geschonden, passende maatregelen kunnen worden getroffen;
dat onder passende maatregelen onder meer juridische stappen wordt verstaan, in geval van journalisten en presentatoren kan dit zelfs leiden tot intrekking van het politieke lidmaatschap.
De Rijksvoorlichtingsdienst
Ik ben van harte eens met deze briljante afkortingscode!
Zelden zo’n slechte hoax gezien.