Warmbloedige komedie van de Franse regisseur Cédric Klapisch over een jonge Franse schrijver die probeert te overleven in New York.
Casse-tête chinois is het derde deel van een drieluik waarin een groep vrienden centraal staat. L’Auberge espagnole (2002) en Les Poupées russes (2005) gingen eraan vooraf. Dit laatste deel kan gezien worden als een op een zich zelf staande film. Niettemin is het weer een ingewikkelde brei van relaties die aan bod komt, maar dat is geen struikelblok om van deze film te kunnen genieten. Voor de derde keer speelt Romain Duris ‘Xavier’ de jonge schrijver met een filosofische inborst.
Zijn relatie met Wendy (Kelly Reilly), die gaat trouwen met een rijke Amerikaan, loopt stuk. Xavier volgt haar naar New York want hij wil dicht bij zijn dochter en zoon zijn. De film tekent zijn moeizame strijd om te overleven in de stad. Hij wordt fietskoerier en trouwt met een Chinese vrouw om zo aan een verblijfsvergunning te komen. Ook bezwangert Xavier een lesbische vriendin en ontstaat er een veelbelovende relatie met een oude vriendin, gespeeld door Audrey Tatou.
Dit zijn dan de hoofdlijnen van het verhaal, waarin nog meer personages en relaties worden vertoond. Klapisch, regisseur en schrijver van de film, jongleert ingenieus met deze wirwar. Het is een hele kunst om een dergelijke ingewikkelde plot overzichtelijk en genietbaar voor het voetlicht te brengen, maar de filmmakers zijn daarin grotendeels geslaagd.
Xavier is een melancholisch personage die nauwelijks greep op zijn leven krijgt. Het is alsof hij iedere dag opnieuw zijn weg moet zoeken in een wirwar van mogelijkheden. Voor hem is het leven niet zoiets als het gaan van A naar B. Hetzelfde geldt voor zijn vrienden die intussen allemaal rond de veertig zijn. Er is sprake van een aangenaam samenspel tussen de melancholie en het speelse.
Aantrekkelijke visuele vondsten geven de film adem. Zoals de pagina’s van een Playboy die prikkelend tot leven komen wanneer Xavier als zaaddonor in een kliniek productief moet zijn. Bovendien geeft de film een fascinerende inkijk op de wijze waarop een migrant zich integreert in een totaal andere cultuur. De cultuurverschillen tussen de Fransen en de Amerikanen zijn tamelijk hilarisch, maar zeker waarheidsgetrouw weergegeven. Het is een luchtige romantische komedie die genoeg scherpe randjes heeft om het interessant te houden.
Extra attractie van Casse-tête chinois is de wijze waarop New York in beeld wordt gebracht. Het zijn niet de gebruikelijke clichébeelden waarin Amerikaanse filmmakers lijken te grossieren. De stad heeft zoveel meer te bieden aan bijzondere plekken. Visueel is de film een genot om naar te kijken. Typische Franse intellectuele vondsten zijn er natuurlijk ook. Het is tamelijk gekunsteld om Xavier van advies te voorzien door overleden filosofen, grappig is het desondanks wel degelijk.
Hoe Frans het allemaal ook is, de film is van een aansprekende universele waarde. Menselijke relaties zijn nou eenmaal rommelig, en het is behoorlijk lastig om een leven en geluk te plannen. De speelse verwondering hierover maakt Casse-tête chinois tot een aansprekende filmervaring.
Ulrik van Tongeren
Casse-tête chinois (Cinéarte, 2013), vanaf 8 mei in de bioscopen.