Op het International Filmfestival Rotterdam (IFFR) worden twee films vertoond over het leven van de oorspronkelijke bewoners van Australië en Nieuw-Zeeland. De Aboriginals en hun cultuur worden onverminderd genegeerd door de witte meerderheid in Australië. In Nieuw-Zeeland zijn de Maori beter geïntegreerd en is er waardering voor hun cultuur, maar hun sociale achterstand blijft een heet hangijzer.
Charlie’s Country van de Australische regisseur Rolf de Heer handelt over de Aboriginal Charlie. De charismatische Australische acteur David Gulpilil geeft hem indrukwekkend gestalte. De man zit gevangen tussen twee culturen; de witte bevolking beschouwt hem als een buitenlander in zijn eigen land. Charlie is een royaal mens. Wanneer hij zijn uitkering ophaalt geeft hij het geld meteen weg aan Aboriginals.
Voor Charlie gelden andere waarden. Wanneer het hem allemaal teveel wordt, trekt hij zich terug in het regenwoud om te leven op een wijze zoals Aboriginals het al duizenden jaren plachten te doen. Door de talloze regenbuien in het woud raakt hij verzwakt en belandt vervolgens weer in de bewoonde wereld. Daar komt hij al snel in een neergaande spiraal terecht.
Rolf de Heer heeft meerdere films over de Aboriginals gemaakt waarin veelal de nadruk op de mystieke kanten van het volk is komen te liggen. Ook Charlie’s Country bevat mystiek, maar de regisseur heeft er tevens een vlammende aanklacht tegen de onderdrukking van de Aboriginals van gemaakt. Alcoholmisbruik vormt een van de grootste problemen voor de Aboriginals. De Australische overheid pakt dat hard aan. Zodra Aboriginals in de fout gaan, worden ze buitengesloten en verliezen ze hun rechten. In het laatste deel van de film schaft Charlie alcohol aan voor zijn stamgenoten, met rampzalige gevolgen van dien.
Charlie’s Country maakt indruk door de sobere en simpele wijze waarop de film is vormgegeven. Het is vooral David Gulpilil die grote indruk maakt. Hij vormt het warm kloppende hart van de film. In 1971 verscheen deze acteur op het toneel met Walkabout van regisseur Nicolas Roeg, in hoedanigheid van een tanige jongeman met priemende hypnotiserende ogen. Hij vierde triomfen als traditionele Aboriginal danser en trad op voor staatshoofden.
Ondanks zijn successen als acteur en danser heeft de man een tragisch leven geleid, wat is te zien aan zijn doorgroefde gelaat. Het tanige gespierde lichaam bezit hij overigens nog steeds. Begin zestig is Gulpilil nu, en met zijn intense rol als Charlie heeft hij zijn imposante carrière een fraaie bekroning gegeven.
The Dark Horse van de Nieuw-Zeelandse regisseur James Napier Robertson belicht het turbulente leven van Genesis Potini, een briljant voormalig schaakkampioen die gebukt ging onder een bipolaire storing. In de film is de man is aan het eind van zijn latijn, maar vormt met zijn schaakclubje nog altijd een inspiratiebron voor jonge mensen die van het rechte pad dreigen af te dwalen.
The Dark Horse is een ware publieksfilm en staat daarom momenteel bij het IFFR op de eerste plaats voor de publieksprijs. De film mist de stekelige politieke angel die Charlie’s Country zo kenmerkt, maar er wordt veel duidelijk gemaakt over de positie van de Maori binnen de Nieuw-Zeelandse samenleving. De broer van Genesis is lid van een motorclub met een beangstigend crimineel karakter.
Dit motorclub-milieu wordt haarscherp neergezet. Het is een soms onthutsend rauwe film, met name als een neefje van Genesis op gewelddadige wijze ingewijd wordt als nieuw lid van de motorclub. Gelukkig bevat de film ook aanstekelijke humor. De mengeling van amateurs en professionele acteurs is geslaagd. Cliff Curtis zet een briljante en krachtige vertolking neer als de gekwelde Genesis.
Ondanks zijn ziekte is Genesis Potini altijd een grote inspiratiebron voor jonge Maori’s geweest die in een uitzichtloze positie verkeerden. Genesis had iets van een goeroe, en is tegelijkertijd behoorlijk in de war. Curtis weet met een verrassend gelaagde vertolking die tegenstelling aansprekend voor het voetlicht te brengen. Genesis Potini overleed in 2011, zijn erfenis van mededogen en inspiratie staat nog immer recht overeind.
Ulrik van Tongeren