Achttien Turkse journalisten zijn in staat van beschuldiging gesteld wegens het ‘verspreiden van terroristische propaganda’. Het gaat om een foto van een door de DHKP-C gegijzelde openbaar aanklager die onder schot wordt gehouden.
Het betreft achttien hoofdredacteuren en journalisten die voor verscheidene Turkse dagbladen werkzaam zijn, waaronder Cumhuriyet, Millet, Sok, Posta, Yurt, Bugün, Özgür Gündem, Aydinlik en Birgün. Ze publiceerden begin april een foto waarop de gegijzelde openbaar aanklager Mehmet Selim Kiraz te zien is die door een ‘vermomd’ lid van de in Turkije verboden marxistische partij DHKP-C onder schot wordt gehouden.
Kiraz was betrokken bij een rechtszaak rond de dood van een 15-jarige jongen die in 2013 bij protesten door een traangasgranaat werd geraakt en daarbij het leven liet. In die zaak werden de betrokken agenten vrijgesproken. De mannen die Kiraz gijzelden en in het hoofd zouden hebben geschoten tijdens een bevrijdingsactie van de Turkse militaire politie, stelden Kiraz verantwoordelijk voor de in hun ogen juridische dwaling.
De aangeklaagde hoofdredacteur Can Dündar van dagblad Cumhuriyet zegt dat hij door het publiceren van de foto de ‘donkere en afschuwelijke kant van het terrorisme’ heeft willen tonen. Tevens wijst hij op de hypocrisie rond de foto en beeldmateriaal dat indertijd werd verspreid van de moord op journalisten door terreurgroep IS. Daarbij bleef actie van de Turkse autoriteiten achterwege.
Het Turkse OM heeft straffen tot 7,5 jaar geëist. De achttien journalisten worden ervan beschuldigd dat ze een terroristische organisatie in beeld hebben gebracht ‘op een manier waaruit blijkt dat die tot alles in staat is.’ Persorganisatie International Federation of Journalists (IFJ) en European Federation of Journalists hebben Turkije opgeroepen de vervolging direct te staken.
De bewuste foto dook tijdens de gijzeling veelvuldig op internet op, waarna de Turkse autoriteiten internetproviders opdracht hebben gegeven de toegang tot Twitter, Facebook en YouTube af te sluiten. Pas nadat het gewraakte fotomateriaal door de internet-multinationals was verwijderd, werd de blokkade opgeheven. Een Turkse rechter liet verder ook ruim 160 andere sites blokkeren.
In Turkije is schending van persvrijheid de gewoonste zaak van de wereld. Zo werden in april twee journalisten van Cumhuriyet aangeklaagd nadat het seculiere nieuwsblad de cover van Charlie Hebdo met de profeet Mohammed had afgedrukt. Columnisten Ceyda Karan en Hikmet Cetinkaya zijn aangeklaagd voor het ‘openlijk beledigen van de religieuze waarden van mensen.’ De Nederlandse journaliste Fréderike Geerdink werd diezelfde maand vrijgesproken van ‘propaganda voor een terroristische organisatie.’