Het Amsterdamse Imagine Film Festival, gewijd aan ‘de beste fantastische films’, beoogt een wijde staalkaart te bieden van genrefilms, met horror en sciencefiction in de hoofdrol. Soms lijkt het aanbod wel erg wijd en raken de fans van de fantastische film enigszins in de war. Thrillers en psychologische drama’s nemen een steeds belangrijker positie in te midden van het programma-aanbod.
Duidelijk voorbeeld hiervan is Nowhere Girl van de Japanse anime-meester Oshii Mamuro. Deze film is geruime tijd een stroperig psychologisch drama over een studente op een kunstacademie. Het meisje is nogal eigenzinnig en houdt zich afzijdig van de overige leerlingen. Zij werkt aan een mysterieus kunstwerk en wordt bovendien getreiterd door haar medeleerlingen. Het is allemaal niet bijster spannend en meeslepend. Maar ziedaar, in het laatste deel van de film barst het los in de vorm van een apocalyptische geweldexplosie en een onverwachte ontknoping. Daarmee voldoet Nowhere Girl op het nippertje om geselecteerd te worden voor dit festival.
Zo zitten er meer van dergelijke films in het programma. The Invitation van de Amerikaanse regisseuse Karyn Kusama handelt over oude vrienden die bij elkaar komen voor een genoeglijk etentje. Er gebeurt niet zoveel, de film kabbelt rustig voort. Die rust is bedrieglijk, de charmante gastheer voert blijkbaar iets in zijn schild. Tijdens de meer dan bloedstollende climax worden wat oude rekeningen vereffend. Het is een verbijsterend en ontregelend slot van een inventief psychologisch drama.
Kusama debuteerde zestien jaar geleden met het geweldige Girlfight en raakte vervolgens de weg kwijt in het verraderlijke Hollywood. Met de van een spaarzaam budget gemaakte film The Invitation levert de 47-jarige regisseuse een imponerend visitekaartje af. De vraag is of een groot filmtalent als Kusama op deze weg kan voortgaan, of dat zij wederom verstrikt raakt in de verstikkende compromissen van Hollywood.
De beste film van het festival is zonder twijfel De Palma, overigens de enige documentaire die vertoond wordt. Collega-filmmakers Noah Baumbach en Jake Paltrow voelen Brian de Palma aan de tand over zijn imposante carrière als regisseur. De Palma filmt al een halve eeuw, in chronologische volgorde wordt zijn oeuvre doorgenomen. Meesterwerken als Carrie, Dressed to Kill en Blow Out worden besproken, maar ook zijn minder geslaagde films komen aan bod.
De Palma is verrassend openhartig en eerlijk over zijn werk. De film is bovendien volgestouwd met onthullende anekdotes. Het bijeen schrapen van geld en het vechten tegen compromissen wordt uitvoerig besproken, en dat is soms hilarisch. Wat de documentaire bijzonder maakt, is dat de regisseur gedetailleerd het proces van het filmmaken belicht. Ook komt de invloed van zijn grote inspirator Alfred Hitchcock uitvoerig aan bod. Aan de hand van talloze filmfragmenten blijkt dat De Palma niet de imitator is van Hitchcock waar hij vaak van werd beticht.
De Palma weet in een paar scherpe zinnen te verwoorden wat er schort aan de hedendaagse wijze van het in beeld brengen van actiescènes. De jongens achter de computers zetten de scènes tegenwoordig in elkaar, en dat levert alleen maar voorspelbare clichés op. Actiescènes in het oeuvre van De Palma zijn nooit saai en clichématig, het zijn complexe en doordachte ensceneringen. Deze unieke masterclass zou elke filmstudent nauwgezet moeten bestuderen.
De documentaire stemt tamelijk bedroefd, want grootmeester De Palma is intussen 75. Zijn laatste film is Passion uit 2012, een nieuwe film van hem valt niet te verwachten. En, zoals hij zelf aangeeft, is regisseren een zwaar beroep waar je sterk voor moet zijn, zowel psychisch als fysiek. Maar we kunnen altijd nog van zijn oeuvre genieten.
Ulrik van Tongeren