02

Wie had gedacht dat na de uitspraak van het gerechtshof twee genocideverdachten aan Rwanda worden uitgeleverd, komt bedrogen uit. Op initiatief van de CU verzoekt de Tweede Kamer minister Van der Steur nu om uitlevering uit te stellen.

     door Jos van Oijen

In juli oordeelde het gerechtshof in Den Haag dat twee Rwandese mannen die verdacht worden van genocide mogen worden uitgeleverd aan Rwanda. Daarmee leek een definitief einde te zijn gekomen aan het jarenlange juridische getouwtrek rond Jean Baptiste Mugimba en Jean Claude Iyamuremye, alsmede aan de mediacampagne van hun advocaten.

Maar niets is minder waar. Advocaat Bart Stapert riep namens de verdachten de Tweede Kamer op om in verzet te komen tegen de uitlevering. Op initiatief van het Kamerlid Joël Voordewind (CU) is er nu een Kamermeerderheid bijeen gebracht die minister Van der Steur (Veiligheid & Justitie) verzoekt om de genocideverdachten toch in Nederland te houden en hier te berechten. Ze hebben hiertoe schriftelijke Kamervragen ingediend.

Waarom een Kamermeerderheid zomaar een uitspraak van het gerechtshof verwerpt, is onduidelijk. Op de websites van de partijen die het initiatief van de CU steunen – PvdA, D66, GL en SP – is over dit onderwerp niets terug te vinden. Bij D66 is zelfs het woord ‘Rwanda’ onvindbaar. Uit de ingediende Kamervragen blijkt dat de Kamerleden liever het oordeel van een rechtbank in Engeland in een vergelijkbare uitleveringszaak afwachten.

  Reacties Kamerleden

Het voorstel van de Tweede Kamer om de uitlevering van de Rwandese genocideverdachten uit te stellen, heeft veel weg van het uitdelen van een brevet van onvermogen aan het adres van de rechterlijke macht in Nederland. Jeroen Recourt, de woordvoerder van de PvdA-fractie, laat per email weten dat er een fout is ingeslopen, maar reageert vervolgens niet meer op de vraag of dit voortschrijdend inzicht ook heeft geleid tot het aanpassen van zijn standpunten.

Linda Voortman (GL) reageert iets uitgebreider, maar zij wil ondanks aandringen niet ingaan op de vraag wat er volgens haar mis zou zijn met de uitspraak van het gerechtshof. Ze stuurt mij alleen een jaren oud artikel uit Trouw toe met kritiek van Amnesty International op de gebrekkige rechtsgang in Rwanda. Sharon Gesthuizen (SP) reageert wat bozig op mijn vragen maar gaat er verder niet op in, terwijl Sjoerd Sjoerdsma (D66) bij wijze van reactie zelfs mijn email-account blokkeert.

Dan maar verhaal halen bij de CU, de partij die de Kamer immers opriep om de uitlevering uit te stellen. Hun website bevat een bericht van Voordewind die beweert er niet in te geloven dat momenteel in Rwanda een eerlijke rechtsgang mogelijk is. Hij verwijst naar enkele bronnen: de oud-officier van justitie Martin Witteveen en Amnesty International.

Ravage meldde eerder dat Witteveen heeft verklaard dat de justitie in Rwanda wel degelijk goed functioneert maar dat de advocaten er ondermaats zijn. Amnesty heeft voor het laatst in 2007 geadviseerd tegen het uitleveren van genocideverdachten aan Rwanda. Kritiek van Amnesty is er wel geweest op de rechtszaak van Victoire Ingabire vier jaar geleden, maar dat betrof niet het werk van de lokale advocatuur. Verder verwijst Voordewind nog naar een korte passage in het thematisch ambtsbericht, toegeschreven aan anonieme bronnen, die haaks staat op de informatie van Witteveen waar Voordewind zoveel waarde aan hecht.

Omdat de kritiek van zowel Witteveen als Amnesty is behandeld door het MICT (de opvolger van het Rwanda Tribunaal) en door Nederlandse rechters, vraag ik aan de CU-fractie of ze ook voorbeelden hebben met informatie die niet verouderd is. Volgens het MICT zijn in Rwanda intussen wettelijke aanpassingen doorgevoerd en zijn de door Witteveen gesignaleerde fouten gecorrigeerd. Het gerechtshof heeft de kritiek van Witteveen ook in detail beoordeeld. Je kunt niet eeuwig met dezelfde argumenten aankomen. Gerechtelijke procedures moeten immers ook een einde kennen.

Joël Voordewind antwoordt per email dat hij Rwanda in 2015 heeft bezocht en toen met mensenrechtenactivisten, advocaten en vertegenwoordigers van ngo’s heeft gesproken. Hij schrijft dat hij onlangs ook nog met Witteveen contact heeft gehad. ‘Witteveen heeft geen vertrouwen in de advocatuur. Dus geen eerlijke rechtsgang mogelijk. Ben blij dat meerderheid van de Kamer dit nu steunt’, aldus Voordewind in telegramstijl. Van een ander CU-fractielid ontvang ik linkjes naar oude rapporten van mensenrechtenorganisaties, actuele informatie ontbreekt.

  Onbeantwoorde kernvraag

Waar Voordewind en zijn collega niet op antwoorden is de kernvraag: ‘Wat is er inhoudelijk mis met de uitspraak van het gerechtshof waardoor het noodzakelijk zou zijn hem te verwerpen?’ Het is niet ondenkbaar dat we nu de echo horen van de jarenlange mediacampagne van genocide-advocaten, die hun pleidooien zonder barrières buiten de rechtszaal konden voortzetten in bladen als Vrij Nederland. Is het niet merkwaardig dat Kamerleden na het afronden van jarenlange procedures nog eens voor advocaatje gaan spelen en daarmee het gezag van de rechterlijke macht ondermijnen?

Het is een vraag die tevens gesteld wordt door Christian Mundele, de voorzitter van een belangenorganisatie van Rwandese genocide-overlevenden in Nederland. ‘We weten allemaal dat in de uitleveringszaken van Jean Baptiste Mugimba en Jean Claude Iyamuremye alle mogelijke procedures zijn benut’, meldt Mundele na te hebben overlegd met enkele zusterorganisaties in Europa. ‘Van de rechtbank tot de Hoge Raad en van de voorzieningenrechter tot het gerechtshof. Dit alles heeft geleid tot de beslissing dat de verdachten mogen worden uitgeleverd aan Rwanda.’

Volgens Mundele zetten de Kamerleden de scheiding van politiek en justitie op losse schroeven. ‘Het imago van het Nederlandse rechtssysteem wordt hierdoor bezoedeld.’ Mundele heeft inmiddels een open brief gestuurd aan minister Van der Steur en staatssecretaris Dijkhof. Of de bewindslieden het oordeel van het gerechtshof volgen of meegaan in de wensen van raadsman Bart Stapert en de CU zal binnenkort blijken als de Kamervragen worden beantwoord.

Door ravage

Abonneer
Laat het weten als er

*

5 Reacties
Oudste
Nieuwste Meest gestemd
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties
Anneke Verbraeken
7 jaren geleden

Een van de zeer recente zaken waarop de Christen Unie zich baseert is het thematisch ambtsbericht (augustus 2016) van het ministerie van Buitenlandse Zaken, zo staat gewoon te lezen op de website van de Christen Unie.

Citaat: ‘ In het ambtsbericht van het Ministerie van Buitenlandse Zaken wordt bovendien aangegeven dat de rechtspraak beïnvloed kan worden door de politiek, het leger of vermogende zakenlieden. Daarnaast is er amper sprake van een adequate juridische verdediging.’

Waarom Van Oijen dit niet meldt, is een raadsel. Link naar de site: https://www.christenunie.nl/k/nl/n33079/news/view/1044561/363763/kamermeerderheid-schort-uitlevering-verdachten-aan-rwanda-op.html#.V-1SeJPhA_U

Het hele -op punten zeer kritische- ambtsbericht is hier te vinden: https://www.rijksoverheid.nl/documenten/ambtsberichten/2016/08/18/thematisch-ambtsbericht-over-mensenrechten-en-justitie-in-rwanda-2016

Anneke Verbraeken
7 jaren geleden

Ah excuus, ik zie nu dat Van Oijen er wel naar verwijst, zij het heel erg kort. Hij behandelt namelijk Amnesty International en Martin Witteveen uitvoerig, Zo lijkt het net alsof dat thematisch ambtsbericht er eigenlijk niet toe doet, maar het is een van de pijlers waarop de vraag om schorsing is gebaseerd. Het markeert een trendbreuk: tot nu toe werd door het ministerie van Buitenlandse Zaken veel met de mantel der liefde bedekt als het ging om Rwanda. Daaraan lijkt met dit ambtsbericht een einde te zijn gekomen.

Jos van Oijen
7 jaren geleden
Antwoord aan  Anneke Verbraeken

De link naar de Christen Unie staat gewoon in mijn artikel. De passage waar Anneke Verbraeken naar verwijst geeft geen specifieke informatie en wordt toegeschreven aan anonieme bronnen. Die passage staat bovendien haaks op wat Martin Witteveen heeft gerapporteerd over het rechtssysteem in Rwanda (dat die onafhankelijk is en goed functioneert) en zijn advies: wel uitleveren, maar met garanties voor een adequate rechtsbijstand. Volgens het gerechtshof zijn die garanties er inmiddels.

Wat Voordewind en Verbraeken doen is ‘cherry picking’. Ze halen alleen die informatie aan die bij hun verhaal past en laten de rest achterwege. Dat er op politiek en sociaal vlak veel moet verbeteren in Rwanda zal niemand ontkennen. Maar in de uitleveringszaken gaat het om iets anders, nl. de vervolging van mensen die verdacht worden van zeer ernstige misdaden in 1994 en eerder. De vraag is: kan Rwanda die berechting aan? Ja, zeggen de deskundigen van het MICT en de rechtbanken in een flink aantal landen die intussen tot uitlevering hebben besloten. Gisteren is er nog een verdachte uitgeleverd door de VS. Daar moet je je nu alle procedures zijn afgerond ook eens bij neer kunnen leggen.

Jan Hofdijk
7 jaren geleden

Terwijl bij het bezoek aan Kagame aan Amsterdam iedereen geweerd werd of zelfs aangevallen door de gorilla’s van Kagame (journalist Verbraeken ea) mocht us Jos doormarcheren naar de hermetisch bewaakte zaal waar hij uren lang oom Paul mocht aangapen. Als deze van Oijen geen (betaalde ?) provocateur/ trol van het fascistoide regime van de laffe Kagame (zijn moeder moet al sinds jaren eerst door een detectiepoortje voor zij haar zoon zien mag) is, dan ben ik een tostie-ijzer.

Jos van Oijen
7 jaren geleden
Antwoord aan  Jan Hofdijk

U bent een tostie-ijzer.