De ontvanger van een bijstandsuitkering die samenwoont met een volwassene mag worden gekort op de uitkering. Dat heeft de Centrale Raad van Beroep bepaald, de hoogste rechter op het gebied van sociale zekerheid.

De Centrale Raad van Beroep heeft dinsdag bepaald dat de op 1 januari 2015 ingevoerde zogenoemde kostendelersnorm, die onderdeel uitmaakt van de bijstandswetgeving, is toegestaan. Dit houdt in dat als een bijstandsgerechtigde een woning deelt met een of meer volwassenen de bijstandsuitkering mag worden verlaagd. De reden daarvoor is dat de woonkosten in zo’n geval kunnen worden gedeeld. De korting loopt op al naar gelang het aantal medebewoners.

De zaak was aangespannen door een dertiental bijstandsgerechtigden. Volgens de Raad blijft de vangnetfunctie van de bijstand gewaarborgd, blijft het lonend om te werken en wordt een bijdrage geleverd om de schatkist van de overheid op orde te brengen. Mensen die een huis delen om mantelzorg te kunnen geven of ontvangen, kunnen eveneens een verlaging van hun bijstandsuitkering verwachten. Ook zij kunnen immers kosten delen, stelt de rechter vast.

De Raad heeft ook uitspraak gedaan in een zaak over de kostendelersnorm die toegepast wordt bij de bijstandsregeling voor oudere werkloze werknemers, de IOAW. Daarin komt de rechter tot hetzelfde oordeel als over de kostendelersnorm die wordt toegepast in het kader van de Participatiewet. De Centrale Raad van Beroep is de hoogste rechter op het gebied van het sociale bestuursrecht, het ambtenarenrecht en delen van het pensioenrecht.

Volgens de Amsterdamse Bijstandsbond begeeft de Centrale Raad zich met de uitspraak ‘op een hellend vlak’ waarbij de rechten van bijstandsgerechtigden ‘steeds verder worden uitgehold’ en de samenlevingsnorm steeds meer van toepassing is. ‘In dat geval heeft betrokkene die nu een lagere bijstandsuitkering ontvangt, helemaal geen recht op een uitkering.’ Uit protest tegen de kostendelersnorm is de Bijstandsbond een petitie gestart die medetegenstanders kunnen ondertekenen.