Op de eerste overzichtstentoonstelling over het werk, leven en passies van de Amerikaanse filmregisseur Martin Scorsese is tevens vrijwel zijn complete oeuvre te zien, alsmede een door hem zelf samengesteld filmprogramma met zijn favoriete klassiekers.
Wie de reizende tentoonstelling ‘Martin Scorsese: The Exhibition’ bezoekt, te zien tot en met 3 september in filmmuseum Eye in Amsterdam, is getuige van ruim 400 objecten en documenten uit de privécollectie van de fameuze regisseur. Bij binnenkomst wordt de bezoeker aan de hand van tekst en filmpjes geconfronteerd met zijn jeugd in de wijk Little Italy in New York, waar hij als zoon van Siciliaanse immigranten opgroeide.
De expositie toont allerlei belangrijke thema’s uit het werk van Scorsese die op de wanden en in filmfragmenten worden uitgediept. Het geeft de bezoeker enigszins het gevoel in een doolhof te zijn aanbeland, zoveel informatie krijg je te verstouwen. Gelukkig zijn er genoeg zitplaatsen om even alles op je te laten inwerken. Ideaal rustpunt is trouwens de zaal waarin aandacht wordt geschonken aan de belangrijke muziekdocumentaires van Scorsese.
Dat toont de veelzijdigheid van de regisseur. Het zijn niet alleen de bloedige gangsterfilms waarmee hij beroemd is geworden. Scorsese heeft bijvoorbeeld met Alice Doesn’t Live Here Anymore (1974) een tedere vrouwenfilm gemaakt. Het kostuumdrama Age of Innocence (1993) wijkt eveneens af van zijn gewelddadige werk. En natuurlijk komen lievelingsthema’s van de regisseur aan bod, zoals schuld en boete.
Het werkproces van zijn producties wordt gedetailleerd getoond aan de hand van pagina’s uit scenario’s en briefwisselingen. Er valt voor de ware liefhebber van Scorsese zoveel meer te ontdekken. Zo is er uitvoerige aandacht voor de kostumering in zijn films. Onder andere de beroemde jurk die Cate Blanchett in The Aviator (2004) draagt en de excentrieke kostuums van de gangsters in Gangs of New York (2002), ontworpen door Sandy Powell, zijn te bewonderen.
Eigenlijk is er geen betere rondleider in deze schatkamer dan Scorsese zelf. De man is veelvuldig te horen in interviews waaruit telkens zijn onvoorwaardelijke liefde voor de film blijkt. Hij toont dat ook concreet aan met zijn inzet voor het behoud van het filmhistorisch erfgoed. Maar laten we niet vergeten dat al zijn speelfilms in Eye gezien kunnen worden, een unieke kans om ook het minder bekende werk van hem te aanschouwen.
Dat de vooraanstaande regisseur en producent op 17 november 75 jaar wordt, betekent nog niet dat Scorsese met pensioen gaat. Volgend jaar moet zijn ultieme gangsterepos The Irishman met Robert De Niro en Al Pacino in première gaan. Tijdens deze zomer worden 24 speelfilms van Scorsese en de korte films en documentaires in Eye vertoond. De klassiekers Taxi Driver, Raging Bull en Goodfellas zijn tevens in heel het land te zien.
Taxi Driver (1976) is een film die nog steeds verbazing wekt door de intense wijze waarop het harde leven in New York wordt verbeeld. Het extreem ranzige Times Square, waar de handeling zich afspeelt, is allang verleden tijd. Het levert weliswaar een fraai tijdsbeeld op. Robert De Niro zet hier waarschijnlijk zijn beste vertolking neer. Als de onsympathieke losgeslagen taxichauffeur en Vietnamveteraan slaagt hij erin het hoofdpersonage een kern van menselijkheid mee te geven.
Bijna vijftien jaar later speelt De Niro in Raging Bull (1980) de zelfdestructieve bokser Jake LaMotta. In betoverend zwart-wit gefilmd geeft het een rauwe blik op het milieu van de boksers in de jaren ’40. Opvallend zijn de ensceneringen van de gevechten, alsof het hier om ballet gaat. Het retrospectief bevat tevens een sectie waarin klassieke favorieten van de regisseur aan bod komen. Laat nu nét de balletfilm The Red Shoes (1948) van Michael Powell één van de favoriete films van Scorsese zijn.
Zijn meesterwerk Goodfellas (1990) is waarschijnlijk de beste gangsterfilm aller tijden. Met een briljant scenario, grootse vertolkingen met onder meer De Niro, en een snerpend ritme. Het is een zeldzaam meeslepend gangsterepos. De diepte van het oeuvre van Scorsese is opmerkelijk. Onterecht miskend en welhaast vergeten zijn bijvoorbeeld After Hours (1985) en Bringing Out the Dead (1999). De kracht van het werk van Scorsese is dat je zijn films vaker kunt zien, om telkens weer nieuwe aspecten erin te ontdekken.
Ulrik van Tongeren