Leden van de belangrijkste oppositiepartij in Turkije hebben sinds woensdag hun zetels in Ankara niet meer verlaten. Een protest tegen de inperking van hun vrijheid van meningsuiting in het parlement.

De regering in Ankara heeft nieuwe regels laten opstellen waardoor de mogelijkheden van oppositiepartij CHP in de volksvertegenwoordiging worden beperkt. Zo mogen parlementsleden niet langer ‘illegale verwijzingen’ maken naar Turkse regio’s. Termen als ‘Koerdistan’ of de ‘Koerdische provincie’ zijn hierdoor taboe. Zodra ze worden uitgesproken kunnen de politici die ze bezigen voor drie vergaderingen worden geschorst.

Verder beknotten de nieuwe regels de spreektijd van de parlementariërs van 40 naar 14 minuten. De wijzigingen in de parlementsverordeningen werden voorgesteld door de regerende AK-partij en de oppositiepartij MHP. Veertien van de achttien artikelen in het voorstel zijn inmiddels door de algemene vergadering geaccepteerd, de overige vier moeten nog worden behandeld. De geplande wijzigingen van de statuten volgen op het referendum van april. Turkije bereidt zich voor op een presidentieel systeem.

Kemal Kılıçdaroğlu, voorzitter van De Republikeinse Volkspartij CHP, zei eerder deze maand dat zijn partij het niet zal laten bij de mars voor rechtvaardigheid, die op 9 juli na 25 dagen eindigde in Istanbul. De CHP heeft ook felle kritiek geuit op plannen van de minister van onderwijs İsmet Yilmaz die het concept ‘jihad’ in schoolboeken wil laten opnemen. „Ze willen een onderwijssysteem gebaseerd op jihadistische waarden”, aldus de woordvoerder van CHP, Bülent Tezcan.

De evolutietheorie van Darwin is uit het nieuwe leerplan voor Turkse scholen geschrapt. Turkse scholieren krijgen er alleen zijdelings over te horen in de biologieles, voor de rest komt het onderwerp pas aan de orde op de universiteit. Het nieuwe curriculum verlangt ook dat religieuze scholen, die in aantal toenemen, kinderen bijbrengen dat de ‘jihad’ vaderlandslievend van geest is. „Dit vernietigt de seculiere en wetenschappelijke grondslagen van het onderwijs”, zei voorzitter Mehmet Balik van de Bond van Onderwijzend en Wetenschappelijk Personeel.