Blade Runner uit 1982 van regisseur Ridley Scott werd toentertijd verguisd. Ondertussen is deze zich in 2019 afspelende vertelling een cult sciencefictionfilm geworden. De roep om een vervolg was groot. De ambitieuze Canadese regisseur Denis Villeneuve heeft de handschoen aangenomen en er een adembenemend visueel spektakel van gemaakt.
In Blade Runner 2049 speelt Ryan Gosling politieagent K. die in Los Angeles op oudere opstandige replicants jaagt, robots in een menselijke gedaante. Bij een onderzoek doet de agent een schokkende ontdekking die de gecompliceerde plot in beweging zet. Villeneuve neemt écht de tijd, de film duurt maar liefst 2 uur en 43 minuten, het tempo is traag. De film ziet er overigens schitterend uit met het bedwelmende kleurenpalet van cameraman Roger Deakins als voornaamste troef.
Het laatste half uur blijft nog het meest bij omdat Harrison Ford als ex-agent Deckard fraai samenspel levert met diens opvolger, vertolkt door Gosling. Verrassend is ook het optreden van de Nederlandse actrice Sylvia Hoeks als ultieme slechterik. Ook de rol die de hologrammen spelen, intrigeert. De moderne digitale technieken leveren fantastische speciale effecten op.
Blade Runner 2049 biedt, evenals zijn voorganger, een pessimistische kijk op de toekomst. In beide films is onze planeet stervende en de mens ten dode opgeschreven. In Blade Runner stond de verhouding tussen mens en robot centraal, met als belangrijkste vraag of robots menselijke gevoelens kunnen krijgen. Deze dubbelzinnigheid en het mysterie zijn grotendeels afwezig in de opvolger. De film mist diepgang en de plot is onnodig ingewikkeld.
Villeneuve weet vooral visueel te bekoren. Ridley Scott echter wist begin jaren ’80 met beperkte technische middelen een film te maken die nog steeds overrompelend is. Het in smog gevangen en natte futuristische Los Angeles, met de gigantische neonreclames, blijft iconisch en onvergetelijk. Blade Runner is de meest invloedrijke sciencefictionfilm aller tijden. Grote vraag is of de opvolger van Villeneuve daar ooit enigszins in de buurt van weet te komen.
Ulrik van Tongeren