Nu het aantal Amerikaanse drone-aanvallen sterk lijkt toe te nemen, stijgt ook het risico op meer burgerslachtoffers en buitengerechtelijke executies. Amnesty hekelt de Europese inbreng, waaronder die van Nederland.

Amnesty International roept vier Europese landen op om hun (soms cruciale) steun aan het Amerikaanse droneprogramma op operationeel en inlichtingengebied te heroverwegen. Op basis van openbare informatie beschrijft Amnesty in het rapport Deadly Assistance de reikwijdte van de steun die Groot-Brittannië, Duitsland, Nederland en Italië aan het droneprogramma van de VS verleent.

Drone-aanvallen in Pakistan, Libië, Jemen, Somalië, Irak en Syrië zijn door opeenvolgende Amerikaanse regeringen gerechtvaardigd op basis van het zelfverklaarde recht op zelfverdediging. Amnesty en andere organisaties hebben voorvallen gedocumenteerd van drone-aanvallen waarbij mensen gedood werden die niet direct betrokken waren bij vijandelijkheden, of die geen direct levensbedreigend gevaar vormden.

Nederland is betrokken bij een omvangrijke anti-piraterijoperatie in Somalië. In maart 2014 bleek dat de VS gebruik maakte van door Nederland verzamelde data om vermoedelijke leden van al-Shabaab in Somalië aan te vallen. Die berichten waren gebaseerd op informatie die openbaar was gemaakt door Edward Snowden en de latere erkenning van de Nederlandse regering dat 1,8 miljoen records met metadata waren gedeeld met de VS.

Nederland verzamelt en deelt ongefilterde data met de VS in het kader van haar samenwerking met dat land. Uit een onderzoek van de CTIVD (de toezichthouder op de geheime diensten) echter blijkt dat niet uit te sluiten is dat door Nederland gedeelde gegevens zijn gebruikt bij onwettige drone-aanvallen. Hoewel Nederland naar aanleiding van dat onderzoek een aantal positieve stappen heeft gezet, is dat in de ogen van Amnesty onvoldoende.

Door ravage

Abonneer
Laat het weten als er

*

0 Reacties
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties