muziek maakte in mij los dat ik
wilde schrijven over hoe tulpen
in het veld mij gezamenlijk riepen

in de vroege ochtend kwam ik aangesneld
vergezeld door de opkomende zon
die de paden voor mij verlichtte met
haar zachte aangename warme stralen

ik kroop over het pad, de tulpen wiegden
heen en weer, telkens als ze langs mijn
wangen streelden kuste ik vol overgave elk blad

mijn tranen stroomden, de tulpen echter
namen het vocht en zouden niet schromen
mijn teer hoofd met hun wiegen te troosten

ik vleide mij op mijn rug, werd verblind
door de meest schitterende kleuren
door verfijnde geuren van bloemen en
van de vruchtbare zwarte aarde

de tulpen legden hun kopjes in de kelk van
mijn handen, streelden zacht mijn broos gelaat
omarmden met bloem en groen mijn pijnlijke voeten

boden mij een gelukzalig heilzaam bad, waarin
ik verdronk in totale overgave, één werd met de
tulpen, de lucht, de zon, de aarde om mij heen

vanaf die tijd was ik het onzichtbare bloemenmeisje
als er iemand langs het veld fietste of er vlakbij
liep, hoorde je in de verte zachtjes giechelen
of snikken om het voorbije verdriet

 

tekst Marina Verte | foto Leo van Rozelaar

Door ravage