De door Israël geplande ontruiming van Khan al-Ahmar op de Westelijke Jordaanoever leidt tot felle kritiek vanuit de internationale politiek. Ook activisten roeren zich.
De Israëlische overheid heeft de inwoners van het Palestijnse dorp Khan al-Ahmar vlakbij Jeruzalem een ultimatum gesteld: of ze slopen hun eigen huizen of het Israëlische leger doet dit en brengt dan de kosten in rekening. De 200 inwoners, Palestijnse bedoeïenen van de Jahalin-stam en afkomstig uit het noordelijk deel van de Naqab, moeten plaats maken voor een zoveelste joodse nederzetting ten oosten van Jeruzalem.
Israëlische soldaten en politieagenten verzamelden zich dinsdag in alle vroegte bij het dorp en legden een cordon aan. Activisten van de International Solidarity Movement (ISM), een pro-Palestijnse organisatie waarbij mensen van over de hele wereld zijn aangesloten, houden al weken de wacht om de ontruiming tegen te gaan. En groepje slaagde erin het cordon te doorbreken om vervolgens voor een bulldozer te gaan zitten.
„We werden door agenten over de bulldozers heen gegooid. Het was duwen en trekken. Toen ben ik opgepakt, samen met drie anderen”, vertelt een Nederlandse activist aan een verslaggever van het AD. Hij zat na zijn arrestatie enkele uren vast, maar werd toen zonder aanklacht vrijgelaten, net als twee Israëlische activisten. Enkel een Palestijn zit nog vast. Uiteindelijk werd het dorp dinsdag nog niet door de Israëliërs gesloopt.
De geplande ontruiming van Khan al-Ahmar brengt veel teweeg in de internationale politiek. Het dorp ligt op een strategische locatie in de Westelijke Jordaanoever ten oosten van Jeruzalem. Volgens Israël zijn de in Gebied C gebouwde huizen illegaal. Voor de inwoners van het dorp hebben de Israëlische autoriteiten een alternatieve locatie enkele kilometers verderop aangeboden. Ondanks wereldwijde protesten tegen de aanstaande afbraak heeft het Israëlisch Hooggerechtshof besloten dat de sloop doorgezet mag worden.
Maar de Europese Unie vreest dat Israël met de ontruiming en bouw van nieuwe huizen voor joodse kolonisten de Westelijke Jordaanoever in tweeën probeert te splijten. Daarmee zou een levensvatbare Palestijnse staat in het gebied onmogelijk worden. ‘We verwachten dat de Israëlische autoriteiten terugkomen op hun beslissing en zich als bezettende macht houden aan het internationaal recht’, liet de EU in juli via een verklaring weten.
Ook de Nederlandse permanent vertegenwoordiger bij de VN, Karel van Oosterom, keurt de ontruiming af. Officier van justitie van het Internationaal Strafhof in Den Haag, Fatou Bensouda, omschrijft de dreigende ontruiming van Kan al-Ahmar als een oorlogsmisdaad. ‘Een gewelddadige ontruiming zal leiden tot verdere escalatie en geweld’, aldus Bensouda in een verklaring. In juni plaatste de Israëlische mensenrechtenorganisatie B’Tselem een oproep in de Israëlische krant Haaretz waarin 300 internationale prominenten zich uitspreken tegen de ontruiming.