Uit onderzoek blijkt dat jongeren weinig interesse hebben in de politiek. Daarom adviseert de Raad voor het Openbaar Bestuur om de kiesgerechtigde leeftijd te verlagen van 18 naar 16 jaar.
Hoe goed bedoeld ook, die verlaging gaat voorbij aan de kern van de zaak. En dat is dat anno 2019 het gebrek aan interesse voor politiek niet aan leeftijd gebonden is, maar bij alle leeftijden speelt. Vandaar dat wij ons gezamenlijk – zowel jong als oud – in een beleidsimpasse bevinden. En daar moeten wij ‘gezamenlijk’ uit zien te komen.
En dát is gelukkig alleszins mogelijk, omdat het zo langzamerhand duidelijk wordt dat de schoen niet wringt bij onze partijpolitici persoonlijk, maar bij het Partijpolitieke Systeem als geheel, dat onze partijpolitici met vereende krachten in stand houden.
Om de daaruit voortvloeiende beleidsimpasse te doorbreken, lijkt mij hier een taak weggelegd voor de (onafhankelijke) media. Via het (geschreven of gesproken) woord moeten zij in in alle redelijkheid in staat zijn op het bevoegd gezag het (cruciale) beroep te doen om in ‘het belang van het algemeen’ het partijpolitieke (machts-)systeem in alle openheid breed maatschappelijk ter discussie te stellen.
Vraag is alleen welke partij zich geroepen voelt net voortouw te nemen voor die baanbrekende brede maatschappelijke discussie. Het voortouw dat als richtinggevend voor de toekomst van ons allemaal, wereldwijd, te beschouwen is. Hoe onrealistisch, want hemelbestormend of utopisch, dat ook klinkt.
Wouter ter Heide