Het is al langer bekend dat het gebruik van stookolie door zeeschepen extreem veel fijnstof oplevert in het milieu. Het RIVM stelt nu dat de brandstof ook zeer zorgwekkende stoffen bevat.

Het RIVM (Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu) heeft in 2017 en 2018 de meetresultaten van brandstofmonsters van 50 zeeschepen in de Rotterdamse haven geanalyseerd en geïnterpreteerd. Dit is gedaan in opdracht van de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT Inspectie Leefomgeving en Transport). Het ging om brandstofmonsters van zeeschepen die van buiten Europa kwamen.

Naast de gangbare aanwezigheid van zwavel blijken de onderzochte stookoliemonsters ook schadelijke stoffen te bevatten en stoffen die als zeer zorgwekkend worden aangemerkt. Binnen Europa is afgesproken om het gebruik van deze stoffen terug te dringen. Het gaat onder andere om lood(verbindingen), trichlooretheen en cyclododecatrieën. Deze stoffen mogen op grond van internationale regelgeving niet in stookolie zitten.

De internationale zeescheepvaart levert een extreem hoge bijdrage aan de wereldwijde luchtvervuiling. De zestien grootste containerschepen van de wereld stoten tezamen méér vervuilende stoffen uit dan alle auto’s bij elkaar wereldwijd. Tot die conclusie kwam wetenschapper Fred Pearce in 2009, werkzaam voor het toonaangevende tijdschrift New Scientist.

De uitstoot van containerschepen en tankers kan met een derde dalen als de sector verplicht wordt trager te varen. Dat stelt milieuadviesbureau CE Delft voor aan de Internationale Maritieme Organisatie (IMO). Als dat niet gebeurt zal de uitstoot naar verwachting tussen 2012 en 2050 stijgen met 120 procent. Tussen 2013 en 2015 is die uitstoot al met 2,5 procent gestegen.