De Turkse autoriteiten hebben vrijdag weer vijf pro-Koerdische burgemeesters opgepakt omdat ze banden zouden hebben met de verboden Koerdische Arbeiderspartij (PKK).
De burgemeesters van Siirt, Igdir, Kurtalan, Baykan en Altinova in het overwegend Koerdische oosten en zuidoosten van Turkije zijn in hechtenis genomen, aldus het ministerie in een verklaring. Zij zijn ook „tijdelijk geschorst” en vervangen door door de regering aangewezen bestuurders, voegde de minister van Binnenlandse Zaken toe.
De vijf gearresteerde burgemeesters zijn lid van de HDP, de belangrijkste pro-Koerdische partij in Turkije. De partij is al jaren het doelwit van repressies. Het boegbeeld van de partij, Selahattin Demirtas, en een voormalige presidentiële rivaal van president Erdogan, zit sinds 2016 in de gevangenis.
Na de gemeenteraadsverkiezingen vorig jaar hebben de Turkse autoriteiten in het zuidoosten van Turkije tientallen burgemeesters gearresteerd of vervangen. Volgens de HDP gaat het om 45 van haar 65 burgemeesters. De regering zegt dat de HDP verbonden is met de PKK, een groep die door Ankara en haar westerse bondgenoten wordt beschouwd als „terroristisch”.
Op een persconferentie in het gebouw van de HDP-partij in Ankara zei covoorzitter Pervin Buldan: „Deze regering is opportunistisch, haat vrouwen en ziet Koerden en Alevieten als vijanden.” Buldan zei dat het beschamend is om „aanvallen op begraafplaatsen, begrafenissen, religieuze plaatsen” te plegen in een tijd waarin solidariteit het meest vereist is om de coronapandemie onder ogen te zien.