zittend in de hal, kijk ik hoopvol naar de deur
het tapijt is muf en vochtig, verschoten van kleur
mijn lippen zijn schraal, geïrriteerd door de tanden
de vingers wrijven nerveus over de knokkels van mijn klamme handen

een vlieg verstoort de aandacht, vliegt brommend door het gezichtsveld
het wachten duurt, het is vooral de aanhoudende stilte die mij kwelt
de onrustige dag gaat over in een eenzame lange nacht
ik jammer troosteloos je lieve naam, blijf zitten op het bankje in de gang en wacht

 

 

tekst Marina Verte | foto Jan Kees Helms

Door ravage