Het leeuwendeel van de gezichtsmaskers is zo lek als een mandje. Dat blijkt uit onderzoek van TU Delft in opdracht van het tv-programma Kassa.
Als je het niet zeker zou weten lijken de meeste bezoekers van winkels te denken dat het inmiddels al verplicht is een gezichtsmasker te dragen om zichzelf te beschermen tegen corona. Dit terwijl de verplichting in openbare binnenruimtes naar verwachting rond half november wordt ingevoerd. Echter het dragen ervan is schijnveiligheid blijkt uit onderzoek van TNO Delft.
De redactie van het tv-programma Kassa liet zeven maskers testen die in winkels te koop zijn. Een medisch masker, waarvan het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) eigenlijk niet wil dat consumenten het kopen, kwam als beste uit de test. Dit masker kan je als consument onder andere online en in automaten op treinstations gewoon aanschaffen. De rest van de mondkapjes kwam een stuk slechter uit de test.
TU Delft heeft de afgelopen maanden gewerkt aan een nieuwe meetmethode voor gezichtsmakers. Het test met name welke invloed de pasvorm heeft. De testresultaten laten duidelijk zien dat door een slechte pasvorm veel mondmaskers ‘lekkage’ vertonen bij de neus, wangen en kin. En soms laat ook de stof veel waterdruppeltjes door. Dit geldt voor zowel polyester (wegwerp) als katoenen (wasbaar) maskers.
Wel denken de wetenschappers dat de meeste mondmaskers bescherming bieden tegen grote druppels als iemand hoest of niest. Naast het aanbevolen medische masker KN95 kwamen maskers met twee lagen katoen redelijk goed uit de test, maar dan alleen als er een los extra filter in werd geschoven. Buiten dat blijken de wegwerpmaskers slecht voor het milieu, het vergroot de plastic soep in zee.