De F-35, ook wel bekend als de Joint Strike Fighter (JSF), maakt veel meer herrie dan was voorspeld. De JSF, gestationeerd op vliegbasis Leeuwarden, produceeert gemiddeld 10 decibel meer herrie dan de F-16.
„Het geluid van de JSF is veel zwaarder dan die van de F-16. En als ze landen, hebben ze een heel irritante pieptoon”, zegt Albert Sinnema die op zo’n 700 meter van de militaire vliegbasis Leeuwarden woont. „Dat komt doordat ze op de automatische piloot vliegen, is mij verteld. Dat geeft meer lawaai, omdat ze steeds gas bijgeven. Door de turbulentie zie je de bomen ook bewegen.”
Het is een miljardeninvestering voor Defensie. In totaal heeft Nederland 46 gevechtstoestellen bij Lockheed Martin in de VS besteld, waarvan er 8 permanent op een vliegbasis in Arizona in de Verenigde Staten staan. De overige 38 worden, behalve op de vliegbasis in Friesland, ook in het Brabantse Volkel gestationeerd. Daarnaast wil Defensie ook vliegbasis De Peel weer in gebruik nemen.
Het afgelopen jaar piekte het aantal klachten uit de omgeving als nooit tevoren. Op verzoek van het tv-programma EenVandaag boog geluidsdeskundige Rein Muchall zich over alle geluidsmetingen van het afgelopen jaar. Conclusie: bij de start maakt de F-35 gemiddeld ruim 5 decibel meer lawaai dan de F-16, bij de landing maar liefst een kleine 12 decibel.
Volgens Muchall maakt de F-35 bij de start het geluid van drie F-16’s. Bij de landing staat de JSF zelfs gelijk aan vijftien F-16’s. Defensie erkent in een reactie dat de F-35 meer lawaai maakt dan de F-16, en dat dit kan betekenen dat er minder kan worden gevlogen. Maar voor definitieve conclusies vindt men het nog te vroeg.
Een andere tegenvaller voor Defensie is dat de JSF nog 871 soft- en hardwaregebreken kent die van invloed kunnen zijn op werking of het onderhoud van het vliegtuig. Dat schrijft het testbureau van het Amerikaanse ministerie van Defensie in een nog niet gepubliceerd rapport dat in handen is gekomen van persbureau Bloomberg. Ondanks de honderden fouten is er brede steun voor het bijna 400 miljard dollar kostende project in het Amerikaanse Congres en bij de buitenlandse afnemers.