Een akkoord tussen 200 kledingmerken heeft er voor gezorgd dat bij twaalf aangesloten producenten de arbeidsomstandigheden flink zijn verbeterd en de fabrieken veiliger zijn geworden in Bangladesh.
In een nieuw rapport over de kledingindustrie in Bangladesh wordt aangetoond dat er door het zogenoemde Bangladesh-veiligheidsakkoord veel vooruitgang is geboekt. Een analyse van de prestaties van twaalf kledingmerken die zijn aangesloten bij het ‘Accord on Fire and Building Safety in Bangladesh’ laat zien dat in de afgelopen acht jaar tijd gemiddeld zo’n 90 procent van de onderzochte veiligheidsproblemen zijn opgelost.
De resterende, niet-opgeloste problemen moeten met urgentie worden aangepakt, zo stelt het rapport. Met het verstrijken van het akkoord op 31 mei is er een serieus risico dat de geboekte winst weer teniet zal worden gedaan. Het rapport is gepubliceerd door vier internationale arbeidsrechtenorganisaties die bij het tot stand komen van het Bangladesh-akkoord optraden als mede-ondertekenaars (witness signatories), waaronder Schone Kleren Campagne (SKC).
„Het Bangladesh-akkoord is uitzonderlijk effectief gebleken”, zegt Christa de Bruin van SKC. „Dat komt omdat de afspraken juridisch afdwingbaar zijn en er sancties kunnen volgen wanneer merken en fabrieken afspraken niet nakomen. In de afgelopen acht jaar heeft het akkoord kledingfabrieken veel veiliger gemaakt. Het is van groot belang dat dit programma op basis van hetzelfde model ook na mei kan worden voortgezet en uitgebreid.”
De overeenkomst tussen internationale vakbondsfederaties en meer dan tweehonderd kledingmerken werd in 2013 gesloten nadat eerder dat jaar het Rana Plaza-gebouw instortte dat een aantal kledingfabrieken huisvestte, waarbij meer dan 1130 kledingarbeiders omkwamen en ongeveer 2500 gewond raakten. Betrokken vakbonden en de mede-ondertekenaars van de overeenkomst dringen aan op uitbreiding van het akkoord naar meerdere fabrieken in Bangladesh en naar andere kledingproductielanden.
Het rapport toont aan dat er nog veel veiligheidsissues niet zijn opgelost in fabrieken die produceren voor kledingbedrijven die het akkoord ondertekend hebben, waaronder C&A, H&M, Tommy Hilfiger, WE en Zeeman. „De gegevens laten zien dat er nog aanzienlijke veiligheidsrisico’s bestaan, zoals het ontbreken van brandalarmsystemen en veilige nooduitgangen voor arbeiders”, zegt De Bruin. „De gegevens tonen ook aan dat het oplossen van deze gevaarlijke situaties sneller gaat als afspraken afdwingbaar zijn.”