Het coronatoegangsbewijs mag toegepast blijven worden. Dat heeft de voorzieningenrechter in Den Haag woensdag bepaald in een kort geding tegen de Staat.

De rechter wees de eis van advocaat Bart Maes tot opschorting van de invoering van de toegangspas af. Maes had daartoe een kort geding aangespannen tegen de Staat. In die procedure heeft Maes betoogd dat de controles op de QR-codes ‘onwettig, strafbaar en discriminerend’ zijn. De maatregel is volgens hem in strijd met de grondwet en internationale verdragen.

Evenals bij eerdere kort gedingen heeft de voorzieningenrechter tot uitgangspunt genomen dat hij zich terughoudend moet opstellen bij het beoordelen van nieuwe maatregelen. Alleen als er sprake zou zijn van onredelijk beleid of een gebrek aan wettelijke grondslag kan de rechter ingrijpen.

Dat is hier niet het geval, aldus de rechter in de uitspraak. Er is een wettelijke grondslag voor de invoering van de pas en de Staat heeft begrijpelijk uiteengezet dat coronamaatregelen nog steeds nodig zijn. Het testen voor toegang heeft een legitiem doel, vindt de rechter: de beperking van de verspreiding van het virus.

Het hanteren van het coronatoegangsbewijs is niet in strijd met het discriminatieverbod. Voorshands is niet gebleken dat sprake is van een verschil in behandeling waarvoor geen objectieve en redelijke rechtvaardiging bestaat. Ook maakt het hanteren van het coronatoegangsbewijs geen onevenredige inbreuk op andere grond- en mensenrechten en de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG).

Door ravage

Abonneer
Laat het weten als er

*

0 Reacties
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties