Le Pot au-Feu is een verrukkelijk culinair liefdesverhaal van de Vietnamees-Franse cineast Anh Hung Tran.
Dat liefde door de maag gaat wordt liefderijk verbeeld in Le Pot-au-Feu. Eugenie is kokkin van kasteelheer Dodin. Deze lekkerbek wordt de Napoleon van de gastronomie genoemd. De film gaat over het maken en savoureren van delicate gerechten, de oude Franse culinaire traditie wordt met liefde omarmd. Het is de tijd van de culinaire grootheid Escoffier, die toen jong was. Tevens gaat de film over de lang sluimerende liefde tussen Eugenie (Juliette Binoche) kokkin van Dodin (BenoÎt Magimel). De liefde voor voedsel en de lichamelijke en spirituele liefde vloeien in elkaar over. Dat Binoche en Magimel ooit liefdespartners waren helpt de chemie.
Een van eerste beelden is de bijna mythische selderieknol die uit de aarde wordt getrokken door Binoche. De kroppen sla zijn wellustig groen, groente zoals we die nooit zien in onze supermarkt. Dan op naar de keuken om een uitvoerig menu te koken voor de plaatselijke notabelen. De film is gesitueerd in 1885. Toen waren de pannen van de befaamde fabrikant Le Creuset er nog niet; de filmmakers hebben vervanging gevonden. De eerste veertig minuten van de film zijn een zeldzaam meeslepend en briljante weergave van het kookproces. Nooit eerder werd dat zo gedetailleerd en liefdevol vereeuwigd in een film. Binoche is de baas in de keuken, Magimel ontwerpt de gerechten.
Het snijden en raspen, bakken, pocheren, koken, sauteren leiden tot honger opwekkende beelden, zonder dat die vreselijke term ‘foodporn’ gebruikt hoeft te worden. Wat te denken van een gigantische bladerdeeg constructie gevuld met bechamel saus en groente, vol-au-vent noemt men dat edele gerecht in Frankrijk en België. Droogkomisch is de scene waarin de notabelen genieten van bereide zangvogels met hun hoofden onder gigantische servetten. Details maken de atmosfeer van de film. We horen het gehuil van pauwen buiten, zonder ze te zien te krijgen. Binoche en Magimel zijn magnifiek in hun rollen. Maar een piepjong familielid van keukenhulp, Violette geheten, steelt de show. Debutante Bonnie Chagneau-Ravoire speelt Pauline met wijd open nieuwsgierige ogen, ze mag proeven en herkent elke smaakmaker in een ingewikkelde saus.
Le Pot-au-feu van de filmtitel is een nederig boerengerecht die Binoche zou koken voor een exotische prins, zover komen we echter niet. Anh Hung Tran liet zich inspireren door de roman ‘’La Vie et La Passion de Dodin-Bouffant’’ (1924) van Marcel Rouff. Er zit weinig plot in de film, het gaat vooral over de gerechten en de extase van het degusteren. De suspense is dat Binoche een gezondheidsprobleem heeft en wanneer gaan de twee eindelijk in het huwelijk treden? Hoe staat de film in de realiteit van die tijd. Wat zijn de middelen van kasteelheer Magimel om zo’n groot kasteel te onderhouden? Maar dat is juist het punt van de vertelling; het gaat hier om een utopie, een gedroomde werkelijkheid. Omarm niet alleen het genot van goed voedsel en de liefde, maar ook al het moois wat het veel te korte leven de mens te bieden heeft. Ooit in de toekomst zullen we in het donker, hongerig en koud, ons deze prachtige film herinneren.
Le Pot-au-Feu (Cherry Pickers Filmdistributie) nu in de bioscopen.
Ulrik van Tongeren