door Hector Reban
Als je een thermometer in het huidige discussieklimaat steekt, bestaat in de huidige politieke sfeer behoorlijke verwarring over wat nu eigenlijk nog links of rechts is. Sommigen beweren zelfs dat links en rechts helemaal niet meer bestaan. Anderen claimen dat de heersende macht links en “woke” is. Het meeste verzet ter bescherming van de individuele vrijheid in het maatschappelijke verkeer, zou nu – omgekeerd aan de jaren ‘60 – juist rechts zijn. We hoeven maar aan de Corona periode te denken.
Je zou ook kunnen kijken naar de houding van een groot deel van de vredesbeweging en andere mensen die zich links noemen ten opzichte van de NAVO, een onderwerp waar ik voor Ravage de laatste paar jaar diverse keren bij stil heb gestaan. Kritiek op deze organisatie komt tijdens de Oekraïne oorlog vooral van uiterst rechterzijde; steun is er met name uit het brede centrum, inclusief links.
Het hondenfluitje
Over “woke” gesproken, dat lijkt het nieuwe catch-all stereotype van reactionaire haat, een vergaarbak waarin met het nodige opportunisme alles dat kennelijk angst, irritatie en agressie oproept, kan worden gekieperd. Het begrip blijft bewust vaag en ongedefinieerd. Roep “woke” en iedereen associeert zijn eigen vijandsbeelden erbij, wat demagogen uiteraard een krachtig hondenfluitje biedt.
De communis opinio is de laatste jaren zó sterk naar rechts opgeschoven, dat nagenoeg alleen kritiek dat je (te) links of “woke” zou zijn, nog tot de meningsvormende kanalen door dringt. Ik ben van mening dat je zeker nog steeds kunt spreken over links en over rechts, maar dat serieus links – ik bedoel dan links met invloeden uit 200 jaar socialistisch denken – eigenlijk heel sterk is gemarginaliseerd in westerse landen. Als het nu over links gaat, dan gaat het met name over de erfenis van het klassieke liberalisme, dat ook de eerste aanjager was van wat later zou uitgroeien tot de verzorgingsstaat. Men noemt zich nu sociaalliberaal.
Laten we ook eerlijk zijn. Een groot deel van kennelijk niet al te standvastig links is ook gewoon naar rechts opgeschoven. De zittende macht bestaat inderdaad voor een belangrijk deel uit voormalige zich links noemende partijen en figuren, die dat overigens helemaal niet (meer) hoeven te zijn.
Na de val van de Muur, oefende de Angelsaksische wereldheerschappij grote druk uit te evolueren naar het Angelsaksische model van het twee partijen stelsel, waarin sociaalliberaal en conservatief liberaal formeel tegenover elkaar staan. Sociaaldemocraten als Kok, Blair en Clinton gingen zich De Derde Weg noemen. Dat maakte de weg vrij voor beide kampen, zich te vinden in het gezamenlijk uitwissen van alles dat nog naar socialisme rook.
In feite ontstond dus een neoliberale eenheid bij de opruiming van de verzorgingsstaat ten behoeve van het faciliteren van economische hyper mondialisering, met al zijn gevolgen (werkloosheid, verarming, immigratie). Die gevolgen hebben voor ultrarechts, als uiting van een “antiglobalistische”, revanchistische backlash, een voedingsbodem gecreëerd zich een weg uit de modder naar boven te werken. De aanwezigheid van Derde Weg sociaaldemocraten in het verbond met conservatief liberalen maakte dat men die terugtredende staat evengoed “links” kon blijven noemen.
Revanchisme
De laatste 25 jaar is reactionair rechts dus prominent opgekomen. Vaak bestaan aan de top ultraliberale opvattingen over de economie (1). De beweging wordt ook voornamelijk gedragen door ambitieuze politieke wannabe’s, zichzelf miskend voelende genieën en ultraconservatieve zakenlieden. Zij bundelen krachten met een haat tegen de staat (als links gelabeld), omdat die hen nog enigszins een strobreedte in de weg kan leggen. Het is dat deel van de elite dat zichzelf als niet-elite afficheert, om voor zichzelf met behulp van demagogie en populisme een weg naar alleenheerschappij te banen. Zij blijken al doende heel sterk in het delven van revanchistische onvrede.
Trump is de archetypische verpersoonlijking van die trend. Met een gouden lepel in de mond geboren is hij, als onderdeel van de club van miljardairs, een gevestigde vastgoed moloch, maar toch gefrustreerd omdat er nog regulering bestaat die hem geen complete vrijheid van handelen verschaft. Gezien zijn populariteit en die van zijn gelijken, is de totale afrekening blijkbaar nog niet geweest. Ook binnen centrum(-links) en gematigd rechts moeten alle sporen van linksigheid nog worden weggevaagd, zodat de reactionaire revolutie compleet kan worden gemaakt.
De uitgebreide liberale staat, de verzorgingsstaat, staat voor beperking van de almacht van Trump, maar ook voor bescherming van nieuwe identiteiten en laagste klassen onder de Grondwet. Vooral de lagere middenklassen met iets meer privileges dan de onderklassen reageren sterk op de frustraties tegen de zogenaamd “linkse” staat, omdat zij die zelf ook kennen. Het is in tijden van economische onzekerheid gemakkelijker te trappen naar concurrenten die net onder je staan, dan naar het systeem van machtige kapitalisten boven je. Integendeel. Je springt graag op een zegekar en je identificeert je (net als een sportconsument) liever met de brutalen en de winnaars. Dan is het gemakkelijk te vallen voor medicijnmannen die, net als in de commerciële reclame gemeengoed is, zichzelf als wondermiddel aanprijzen en vertellen je angsten voor verandering te zullen bezweren.
Eigenlijk is de dichotomie links-rechts nu veranderd in de dichotomie sociaalliberaal versus ultraconservatief liberaal/revanchistisch/reactionair rechts, waarbij aan de eerste evenwel nog het labeltje links is blijven plakken. Dat is dus vaak, maar niet altijd, ten onrechte. Enerzijds doemt een steeds kalere kapitalistische staat op, die vooral oog heeft voor privaat bezit en contractrecht en die heel veel verzorgingsarrangementen tot op het bot uitkleedt. Anderzijds bevat die staat nog steeds een restant aan oude klassiek liberale en linkse waarden, die zijn neergeslagen tijdens 100 jaar emancipatie en onder invloed van het oude socialistische blok. De staat en de politiek bevatten dus best nog wat links-liberale elementen, al staan die allemaal onder grote druk van verrechtsing.
Femke Halsema, toen nog lijsttrekker van GroenLinks, openbaarde mij in een discussie op De Correspondent dat ze met name put
uit liberale bronnen en niet uit socialistische.
De begripsverwarring is dus niet zo raar als je naar de schuivende panelen kijkt. Socialistisch links is vrijwel verdwenen, liberaal links werkt mee aan de sloop van de verzorgingsstaat en op uiterst rechts bevindt zich kritiek op de dwingende staat en NAVO-politiek.
Natuurlijk valt er nog ongelofelijk veel meer te analyseren en te zeggen over deze (en andere) ontwikkelingen en zienswijzen en zou je daar encyclopedieën vol over kunnen schrijven – en die zijn ook geschreven. In dit artikel wil ik desondanks in zeer brede pennenstreken een onderverdeling voorstellen tussen links en rechts, zoals die wat mij betreft nog steeds betekenis heeft. Die betekenis bestaat overigens nog steeds voornamelijk in relatie tot de idealen van de Franse revolutie, de Verlichting en de drievoudige belofte van vrijheid, gelijkheid en broederschap.
De natuur en het vertrouwen
Maar laat ik beginnen aan de basis. Een belangrijk onderscheid dat kan worden gemaakt, is wat als natuurlijk gedrag wordt gezien, met name welk mensbeeld er wordt gehanteerd. De christelijke moraal, vaak gevolgd door conservatieven, is dat de mens tot zonde respectievelijk egoïsme geneigd zou zijn. Egoïsme zou ik hier dan willen definiëren als de geperverteerde vorm van het navolgen van eigenbelang, met name gunstig gedrag voor het individu dat op sociaal niveau een nadelige uitwerking heeft.
Daartegenover bestaat dan “verlicht eigenbelang”, waarbij de mens bij opkomen voor het eigenbelang ook rekening houdt (al dan niet bewust) door sociaal goed te doen en dus oog heeft voor de belangen van anderen. Voorbeeld is het “welbegrepen eigenbelang” van de klassiek liberalen. Maar ook het Kropotkiniaanse wederzijdse hulp principe van de anarchosocialisten – onbaatzuchtige ondersteuning op basis van onderlinge solidariteit – zou daar onder kunnen vallen.
Homo homini lupus, de mens is als een wolf voor zijn medemens, is een bekend adagium uit de rechtse kerk.
Er is dus een onderscheid te maken tussen het aanhouden van een positief mensbeeld, al dan niet op basis van verlicht eigenbelang en het volgen van het negatieve mensbeeld van christenen, conservatief liberalen en reactionairen. Het is duidelijk dat hier met name een tegenstelling opdoemt tussen een neiging de andere mens te vertrouwen (2) of hem/haar a priori te wantrouwen.
Dat negatieve mensbeeld heeft in de geschiedenis van de politieke filosofie een grote invloed gehad op de eerste ontwikkeling van het staatsbegrip. De wantrouwende versie is een soort versmelting van het christelijke en conservatieve perspectief op de mens, waarbij de staat het politieke middel is “de strijd van allen tegen allen” (3) en humane neigingen tot zondigheid te onderdrukken ten bate van het geheel.
De staat
Onder invloed van het opkomende industriële kapitalisme is de absolute feodale staat in de minimale of zogenaamde Nachtwakerstaat veranderd. Die staat houdt zich slechts bezig met een paar kerntaken, maar wel in dienst van elke burger. Het gaat dan met name om bescherming van lijf, leven en bezittingen van zijn onderdanen. Langzaam, onder druk van bewegingen die aansloten op liberale waarden over burgerrechten, is die staat steeds verder geëvolueerd naar de faciliterende en minderheidsrechten beschermende staat. Deze staat breidt zijn werkzaamheden uit over talloze gebieden van de maatschappij. (Een belangrijke noot is dat beide staatsvormen in uitwerking repressief kunnen zijn. Volgens de anarchisten zijn ze dat trouwens per definitie. Zij vinden dat het wezen van de staat als pressiemiddel ten bate van de machtigen niet wezenlijk verandert).
Gekoppeld aan deze liberale staatsvormen bestaan opvattingen over individuele vrijheid. Isaiah Berlin heeft daarvoor zowel een negatief als een positief vrijheidsbegrip geformuleerd. Zijn negatieve vrijheidsbegrip staat voor de “vrijheid van…”, bijvoorbeeld de vrijheid gevrijwaard te zijn van moord, van verwonding, van beschadiging of van diefstal. Je ziet dat zo’n opvatting goed overeenstemt met de Nachtwakerstaat (of de neoliberale ontmantelingsstaat, zoals we de verzorgingsstaat in regressie ook zouden kunnen noemen).
Het positieve vrijheidsbegrip gaat dan uit van een vrijheid “om te…”, bijvoorbeeld de vrijheid om in je levensonderhoud te kunnen voorzien, om je te ontwikkelen en te scholen, om je identiteit vorm te geven zoals jij dat wenst, om mee te kunnen doen aan het maatschappelijke verkeer in brede zin. In een kapitalistisch systeem met zijn ingebakken ongelijkheid wordt de rol helder die een faciliterende, verzorgende staat speelt. Die staat breidt zich uit over allerlei sociaal-maatschappelijke gebieden, om ook de minder economisch sterken gelijke kansen te bieden.
De egoïstische pervertering van individuele vrijheid, wordt dan die vrijheid op te vatten als doen en laten wat je wilt, waarbij alles dat je in de weg staat – belangen en visies van anderen – slechts weerstand oproept. Zie hier de basis achter het klassenverbond van Trump en de trumpies; of in Nederland van de “bezorgde burgers” met de vrije vastgoed jongens van BVNL of met de BBB, waarachter zich de kapitaalkrachtige industrieën van de agrarische sector ophouden. Dit soort belangen sluit met hun geperverteerde negatieve vrijheidsbegrip naadloos aan bij de onvrede van groepen uit de middenklassen die zich in hun gedrag of belangen uitgedaagd, bedreigd of beperkt voelen door de komst van nieuwe migranten, afwijkende identiteiten of andere gebruiken en de (zogenaamd “linkse woke-”) staat die hen beschermt.
Deze boeren komen graag op voor hun eigen belangen, waarbij mensen die opkomen voor het collectieve belang – het klimaat – het moeten ontgelden.
In deel II van dit artikel zal de links versus rechts verdeling verder worden uitgewerkt. Er wordt dan gekeken naar vormen van solidariteit, organisatie van rechten van vrijheid en gelijkheid, verschil in gehanteerde moraal en gewenste vormen van recht. Uiteindelijk zullen beide delen resulteren in een model dat de tweedeling tussen links en rechts betekenisvol kan weerspiegelen. Dat model zal worden opgenomen in een tabel.
Noten
(1) Zowel Baudet als Rutte hebben ooit in interviews aangegeven dat zij de ultraliberale “minarchist” (voorstander van de minimale staat) Ayn Rand koesteren als filosofisch voorbeeld; Ook de nieuwe president in Argentinië, Milei, staat ideeën voor die terug te voeren zijn op de Chicago School en Milton Friedman, ontwerpers van de Pinochet contrarevolutie in Chili.
(2) Lees bv het boek van Rutger Bregman – De meeste mensen deugen; Een nieuwe geschiedenis van de mens – ISBN 9789082942187, 528 p., euro 25,=
(3) De Britse denker Thomas Hobbes formuleerde deze natuurtoestand in een boek gepubliceerd in 1651 om uiteindelijk de Leviathan voor te stellen, een maatschappij onder een sterk leiderschap waarbinnen elke groep als een functioneel orgaan binnen het staatslichaam zijn eigen taak vervult.
Ik moest vroeger hard knokken voor mijn havo diploma, met bijlessen en zo. De punkers in de klas die destijds hardop stoer juichten dat ze waren blijven zitten zijn de verraders van nu. Ze hebben niet leren knokken. Of de progressieve student die een doktersopleiding medicijnen deed, een punkie kapsel had a la Maarten van Poelgeest en die openlijk toegaf dat hij de kantjes ervan afliep (want papa schiet toch wel bij als het misloopt), dat zijn de neplinksen. Echt links was in de jaren 80 heavy metal, fans van Saxon, Judas Priest, Iron maiden. We werden onder gesneeuwd door de andere categorie die ons boeren vond, naar Laibach luisterde en tegen het systeem was. En die nu de werklozen en werkende verraadt. Indymedia zit er volgens mij vol mee.
Volgens mij praat je onzin, Boemboem. De punkers van toen zijn de mensen die nu de zorg ed. overeind houden. Maarten van Poelgeest zat – O, toeval – bij mij op school. Wilde pogoër kan ik me nog herinneringen, en schuldig aan een nogal merkwaardige examenstunt, maar de karaktermoord die jij schetst is nergens op gebaseerd. Headbangers zijn notoir burgerlijk. Stoer doen voor de chickies, maar ondertussen voilledig binnen de lijntjes kleuren. De extremisten onder die groep zijn de zgn “Free Men” op hun luxe 16.000 euro kostende Harley, die zich in alle rechtse solidariteit en volkomen volgens het geperverteerde individuele vrijheidsprincipe nergens iets van aan willen trekken. Zie je, beeldvorming is niet moeilijk.
Kijk A Headbangers Journey van Sam Dunn en zie wat voor hechte scene de metal scene is, veel beter dan dat onregelde Punk zooitje. Saxon heeft een nieuwe hit gewijd aan Roswell UFO crash, punks zingen alleen maar over Fuck the System. Maar ze doen nooit iets behalve de grenzen open gooien zodat heel het Midden Oosten hier naar binnen kan.
Headbangers leveren tenminste een constructieve bijdrage aan de maatschappij door hard te werken en belasting te betalen in tegenstelling tot de anarchisten die de godganse dag hard boe lopen roepen en voor hun inkomen afhankelijk zijn van de sociale dienst.
Heeft niks met de sociale dienst te maken, juist veel anarchisten hebben betere baantjes. Dat is het hele punt. Ze hebben een totaal andere visie op wat een betere wereld is dan mensen die wel van de soos afhankelijk zijn.
Grappig dat rechts het onderling niet eens is over welk zelfverzonnen vijandsbeeld nou het beste anti-linkse hondenfluitje oplevert 🙂 Misschien kunnen de heren headbangers wat minder met hun hoofden slaan en eens lid worden van de Vrije Bond. Kunnen ze zelf gewoon eens de werkelijkheid ervaren en zien wat anarchisten nu echt voor tijdsbesteding hebben
Ja leuk dan kunnen anarchisten doen waar ze zo goed in zijn: mij vertellen hoe de wereld in mekaar zit en wat goed voor mij is. Ik ben een onwetende flapdrol en het is hoogtijd dat ik door de Vrije Bond wordt bijgespijkerd. Anders word ik nog dommer dan ik al ben.
Ik ben de domste mens ter wereld, door het headbangen. Was ik op mijn zesde lid van de Vrije Bond geworden dan was ik nu hoogleraar geweest.
Punkers die in de zorg werken, nou Pogoër Maarten van Poelgeest niet. Ex-wethouder en bekend met vastgoed. Aanjager van wooncoöperaties.
https://www.nul20.nl/oud-wethouder-maarten-van-poelgeest-aanjager-wooncooperaties
Poelgeest was geen punker, laat staan anarchist. Hou je redeneringen nou eens een beetje zuiver. Je dropt hier waanideeën over anarchisten en ik daag je enkel uit de werkelijkheid te onderzoeken. Krijg ik weer een shitload huiliehuilie van verdraaiingen en slachtofferisme.
de werkelijkheid is dat anarchisten geen reet voor de onderkant van de samenleving doen. Jullie hadden met zijn allen op het Binnenhof moeten staan na die Toeslagen Affaire. Maar ach wat hadden jullie het druk met zwarte piet en non-binairen. En jullie zijn imperialistisch. Heel Indymedia is door anarchisten ingepikt, net als de Kraakscene. En het maatschappelijk debat is door jullie ingepikt. Mijn havo tijd is verpest door Nina Hagen en Herman Brood die alle aandacht vroegen. En door dat gezeur over de Bom die nooit gevallen is. Jammer, ik had dat wel eens willen meemaken. Achteraf kun je mooi zeggen dat Van Poelgeest geen punker was. Maar goed, ik zal ophouden te klieren en geef graag een ander het woord.
Dat is JOUW werkelijkheid. Demonstreren? Gemakzuchtig rondje rond de kerk? Laten we aan jou over. Anarchos helpen via wederzijdse hulp.
Anarchisten helpen helemaal niemand. Het is een marginaal sektarisch clubje van beroepsactivisten die het contact met de realiteit verloren zijn.
Mijn werkelijkheid? Zowel op ravage als op Indymedia als in het echt heb ik jullie nog nooit over protesten tegen de Wajong of de Participatiewet gehoord, in plaats daarvan komen wel steeds die non-binairen voorbij. En anno 2024 kun je echt niet meer met anarchisme aankomen. Kunnen anarchisten het hart van Farao verharden? Nou ik dacht het niet. Kunnen anarchisten uit de dood opstaan, water in wijn veranderen? Nou, ik dacht het niet. Als jullie bepalen waar, wanneer en hoe je exact geboren wordt en doodgaat dan word ik anarchist.